Lang, heel lang geleden, toen ik nog in Rotterdam woonden, had ik een heel fijne slager aan de Oostzeedijk Beneden. Het was een genot om die man zijn werk te zien doen. Ooit vroeg ik daar om een pakje boter. Tot mijn schrik vroeg het meisje dat me hielp of ik Rama en Brio wilde. Eerlijk gezegd bevroor ik een beetje, maar voor ik weer over mijn spraakvermogen kon beschikken, kwam de vrouw van de slager tussenbeide. Ze zei tegen het meisje, ‘Deze meneer eet alleen maar roomboter’.
Dit is natuurlijk maar een onschuldig voorbeeld. Niet iets waar je je druk over kunt maken. Hele volksstammen zeggen boter als ze mar-ga-ri-ne bedoelen. Ach, al die woorden met meer dan twee lettergrepen ook. Het zijn toch een beetje franjewoorden, die niet echt passen bij ons gekoesterde no-nosense-imago. Maar dat je soms een heel artikel in de Volkskrant moet lezen om pas aan het einde te kunnen constateren - het vermoeden was reeds nadrukkelijk aanwezig - dat de auteur het verschil tussen margarine en boter niet kent, dat stemt toch wel wat mismoedig.
Iets soortgelijks doet zich voor bij banketstaven. Iemand of iets heeft ooit besloten dat de banketstaaf, waarvan de gemiddelde Nederlander denkt dat het een baksel is op basis van roomboter met een vulling van (zuivere) amandelspijs, zowel roomboterloos of amandelloos dient te zijn. Dus als ik als gemiddelde Nederlander - niet flauw gaan lachen nu - een banketstaaf wil hebben met roomboter en amandelen als hoofdbestanddelen, moet ik op mijn allernuffigst, als een soort gemankeerde nicht vragen om een roomboter/amandelstaaf.
Waarom is dat zo vanzelfsprekend, waarom leidt zoiets niet tot een volksopstand? Waarom moeten wij ons aanpassen aan de grillen van de middenstand? En dan heb ik het echt niet per se over die aardige meneer van de buurtsuper of de laatste eigenhandig inkopende of zelfslachtende groenteboer respectievelijk slager. Ik stoor me met name aan de multinationale ondernemingen waar de scepter wordt gezwaaid door mannen met MBA achter hun naam en een inkomen dat per jaar meer is dan de staatsschuld van een middelgroot Afrikaans land.
Dat inkomen moet zo hoog zijn omdat ze anders met z’n allen ergens anders gaan uitvogelen hoe ze de aandeelhouderswaarde kunnen maximaliseren en de klantwaarde kunnen minimaliseren. Gek genoeg zou ik dat helemaal niet zo’n ramp vinden. Wij hebben hier zo langzamerhand wel genoeg Egyptische plagen op culinair gebied moeten doorstaan.
Het moet maar eens uit zijn met al die frommelproducten. Laten we maar eens lekker beginnen met ons nationaal culinair erfgoed. Zeg de gevulde koeken, amandelstaven, stroopwafels en al die andere typisch Hollandse baksels waar roomboter in hoort en/of amandelspijs, maar waarbij de regel is dat dat er helemaal niet inzit. Goudse kaas idem dito. Als dat niet uit de directe omgeving van Gouda komt, dan is er sprake van klantbedrog en dus van een economisch delict. Amandelspijs vervangen door iets op basis van witte bonen of soja met een synthetisch smaakje? Schouderham verkopen of achterham die bestaat uit aan elkaar gelegpuzzelde vleesfantasie? Laten FIOD en ECD maar een inval doen. Waar hebben we die lui anders voor?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten