dinsdag 27 december 2011

Mijn lijstje

Nare gewoontes; op een zekere leeftijd dien je er minimaal een paar te hebben, anders is er vast iets misgegaan. Ik vind obligate lijstjes, zoals die aan het eind van het jaar het zicht op echt wereldnieuws belemmeren tot de nare gewoontes behoren, maar omdat ik bij mezelf een acuut tekort constateer aan gewoontes (goede zowel als slechte) én een zeker leeftijd heb bereikt, leek het me een goed idee om in elk geval één slechte gewoonte te omarmen.

Het probleem met goede gewoontes is dat die meestal gepaard gaan met grote inspanningen en volharding en vandaar dat ik begin met een slechte.


Zodoende een onthullend overzicht van mijn meest populaire blogs:
  1. Positief nieuws uit het zuiden
  2. De aarde is plat
  3. Van de stadslandbouw en de Apple
  4. AH, onbetwistbare autoriteit op gebied van voeding
  5. Authentiek gethermiseerd streekproduct
  6. It's economical stupid!
  7. Sterrenmix van de Dierenbescherming
  8. Proeverij met oude koeien - update 1
  9. Dierenbescherming versus boerenbescherming
  10. Opening Landmarkt Schellingwoude
Ik had gehoopt op een opdringerig soort logica, maar waarom mensen een item over een Belgische supermarkt meer lezen dan een hartekreet over fairtrade of pleonastisch eten ontgaat mij helemaal. Ook Vida had ik wel wat meer aandacht toegewenst.

Ook mijn problemen met vet of beter mijn pleidooi om meer vet te eten en echt eens iets te doen tegen sluipsuiker lijkt weinig los te maken. Overigens trek ik me van al deze constateringen helemaal niets aan en zal ik echt niet meer gaan schrijven over Albert Heijn of Colruyt en minder over sluipsuiker.


zaterdag 24 december 2011

Fair is alleen maar Fair als er FairTrade op staat

Laat ik altijd hebben gedacht dat het feit dat fairtrade producten altijd uit Afrika, Latijns-Amerika en Azië lijken te komen een wrange speling van het lot was. Gelukkig is dat niet zo. Er is namelijk over nagedacht, van achter strak vormgegeven bureaus.

Fairtrade Labeling Organisations International heeft een kantoor in Bonn en daar ziet men er nauwgezet op toe dat er geen misbruik wordt gemaakt van het begrip fairtrade. Dat is maar goed ook, want zo'n keurmerk leidt tot extra omzetgroei en is dus gewild bij lieden die niet helemaal te vertrouwen zijn.

Toen een restauranteigenaar zich bij me beklaagde over de slechte verkrijgbaarheid van fairtrade wijn, tuinde ik er weer eens in. Ik dacht hem wel even te kunnen helpen aan goede wijn van armlastige wijnboeren in de oude wereld. Maar zo werkt het dus niet, want de mensen van de Fairtrade Labeling Organisation hebben bedacht dat je in Europa of als inwoner van een land dat lid wil worden van de EU niet arm kunt zijn en/of niet uitgebuit kunt worden. Ze hanteren ook een bepaald gemiddeld inkomen, ongeacht of je in een land woont waar je je halve inkomen in de verwarming van je huis moet steken en het groeiseizoen drie maanden duurt of dat je in een land woont waar er geen woord is voor het begrip kachel.

Dus boeren in de armste delen van Transnistrië, Turkije en Tsjetsjenië hebben het per definitie goed, zoals alle boeren binnen de EU. Die hebben geen bescherming nodig of een beetje hulp van een keurmerk dat hun product net een beetje aantrekkelijker maakt dan dat van bedrijven die er geen enkel probleem in zien om hun leveranciers het mes op de keel te zetten ten behoeve van de maximering van de marges.

Raar? Misschien  iet, maar ik snap er weer eens helemaal niets van.


donderdag 22 december 2011

Tuiles aux amandes

Toegegeven, het heeft niks met koeien of andere gewichtige zaken te maken, maar omdat een van mijn lezers er zo uitdrukkelijk naar vroeg, ditmaal een recept voor koekjes. Koekjes die heel goed bij kerst passen. Het recept komt uit "Mastering the Art of French Cooking" van Simone Beck en Julia Child.

Tuiles aux amandes
  • Bakpapier
  • 25 gram zachte boter om het papier in te vetten
  • 50 gram boter in een beslagkom
  • 100 gram suiker
  • 2 eiwitten
Verwarm de oven voor op 220ºC, vet het bakpapier in met de boter. Gebruik een mixer om boter en suiker te mixen tot een luchtige massa. Voeg het eiwit toe en mis dit heel kort.
  • 5 eetlepels cakemeel, gezeefd
  • een rubber spatel
  • 3 eetlepels fijngehakte geblancheerde amandelen
  • 1/4 theelepel amandelextract
  • 1/2 theelepen vanilleextract
Zeef het meel boven het boter/eiwit-mengsel en roer het er doorheen met een spatel. Voeg de amandelen en de extracten toe.
  • 4 eetlepels geschaafde amandelen
Maak hoopjes van een halve theelepel op het bakpapier en smeer deze uit met de achterkant van een eetlepel. Het laagje moet zo dun zijn dat je het bakpapier kunt zien. Doe wat van de geschaafde amandelen op het beslag en bak de koekjes tot de rand lichtbruin is (ongeveer 4 minuten). Haal ze uit de oven, verwijder ze snel van het bakpapier en laat ze afkoelen op een fles of deegroller. Zo krijgen ze hun karakteristieke halfronde vorm. Daarmee lijken ze op halfronde dakpannen; nonnetjes of tuiles.

dinsdag 20 december 2011

Een hand komt uit een graf omhoog

Ook in stemmig zwart leverbaar
Een hand komt uit een graf omhoog. Het blijkt een doodgraver die kennelijk in het gat is gevallen. Een lijkauto is vastgeraakt in het grind op een begraafplaats. De mannen van de uitvaartonderneming staan er beteuterd bij te kijken. Even later zien we ze staan kijken naar een knalrode vrachtwagen voor zwaar transport. Eén van de mannen vraagt, 'En als we hem nou in het zwart willen?' Daarop volgt een sonore voice-over, 'Steeds meer Nederlanders overlijden aan de gevolgen van overgewicht.' Dit scriptje stamt uit 2000.

Vandaag lees ik: 'Een dik jongetje loopt eenzaam over straat. In een verlaten speeltuin klimt hij op een wip, die bij gebrek aan tegenwichtbrengende vriendjes prompt naar beneden klapt. Een voice-over zegt: "Steeds meer kinderen gaan gebukt onder hun eigen gewicht". Het blijkt een fragment te zijn uit een spotje van AGIS. Het commentaar erop is niet mals. Zelf vond ik het wel grappig, zo'n deja vu.

Niet veel later sabelt Asha ten Broeke het voorstel van de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg neer. Ze vermoedt dat het advies het gevolg is van alcoholische beneveling. Zelf vermoedde ik een meer chronische cognitieve aandoening, maar ook dit behoort tot de mogelijkheden en zelfs een combinatie valt niet uit te sluiten.

Asha meldt verder dat onderzoeker Wilma Waterlander van de Vrije Universiteit onderzoek heeft gedaan naar het koopgedrag van mensen. Daaruit bleek dat indien groenten en fruit aantrekkelijker worden geprijsd, ze ook meer worden gekocht door mensen met lage inkomens. Maar, supermarkten houden de prijs van groente en fruit kunstmatig hoog, aldus Waterlander op BNR Nieuwsradio. Zo compenseren ze voor de krappe marges op onder meer bier en koffie

Het wrange van het geheel is natuurlijk dat die marges niet alleen hoog zijn omdat de verkoopprijs relatief hoog is, maar ook omdat de inkoopprijs heel laag is. Vandaag bijvoorbeeld las ik weer ergens dat uienboeren tussen de €0,01 en €0,015 per kilo krijgen. Gelukkig wordt de consument beschermd tegen dergelijke schokkende prijsschommelingen...

Al met al is het een ingewikkeld probleem. Grote producenten van bijvoorbeeld bier en koffie kunnen druk uitoefenen op supers. Ze stimuleren de vraag naar hun merkproducten via reclame en acties. Individuele boeren kunnen dat niet. De hebben geen merk, hebben geen macht, hun producten zijn volkomen inwisselbaar voor die van hun collega. De klant merkt er niks van of hij de uien van boer "A" of boer "B" koopt, hij merkt er niks van of de inkooporganisatie €0,01 betaalt of €0,50. Ondertussen moeten de supers ook geld verdienen, voor de banken, voor de aandeelhouders en ga zo maar door. De druk voor de supers om verlies of minimale marges op koffie en bier goed te maken is dus groot.

Het enige wat ik vandaag kan verzinnen dat de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg voorlopig maar beter even stopt met het geven van advies. Misschien niet heel constructief, maar wel beter voor mijn bloeddruk.

vrijdag 16 december 2011

De enig werkzame optie

Op het blog van NRC Next een conversationstarter over gebruik van antibiotica in de veeteelt. De titel: Alleen consumenten die biologisch eten en daarvoor betalen, mogen zeuren over antibiotica: Veehouderij gebruikt minder antibiotica, maar het verkoopt niet.

Het stuk is een commentaar op een noodkreet van Irene van de Voort, van Remeker. Het is verleidelijk om helemaal mee te gaan in het betoog, maar toch wilde ik dat niet doen.

Irene heeft volkomen gelijk, maar het is wel een theoretisch gelijk. Het geldt voor de goed geïnformeerde, geïnteresseerde medemens, die in staat is om priegelige voedseldeclaraties te lezen en te begrijpen, maar gaat voorbij aan mensen die in de veronderstelling leven dat de overheid wel waakt over hun gezondheid, die vertrouwen heeft in keurmerken als Ik Kies Bewust en het sterrensysteem van de Dierenbescherming, dat heet te staan voor een beter leven voor dieren als kippen, varkens en runderen en die afhaakt bij corps 5 en woorden als monosodiumglutamaat.

Als hij of zij echter ontdekt dat een ‘bewuste keuze’ hetzelfde is als een heel klein beetje minder sluipsuiker en dat de Dierenbescherming vindt dat kippen die met 14 lotgenoten een vierkante meter hok moeten delen (inclusief vrije uitloop) zó'n goed leven hebben dat ze twee sterren ook al hebben ze geen snavel meert* … dan laat de reactie zich raden. Die consument vertrouwt vervolgens geen enkel keurmerk meer.

Een dode meer of minder
Die consument kan zich bovendien niet voorstellen dat overheden een beperkt bedrijfsbelang voorrang geven op de volksgezondheid. Diezelfde consument had zich misschien ook al eens verbaasd over de gang van zaken rond de q-koorts waarbij omwonenden van getroffen bedrijven niet mochten weten dat ze gevaar liepen. Het bedrijfsbelang gaat immers vóór een dode meer of minder. En was er niet ook nog iets als antibiotica, dat laatste redmiddel, dat steeds minder werkzaam wordt als gevolg van diezelfde bedrijfsbelangen... dus om nu alle vertrouwen in een integere overheid te stellen is ook wel veel gevraagd.

Wijzen naar de consument is dus wat simplistisch, wijzen naar de boer is ook geen zinvolle optie, die zit in een grid lock. Zo maar het roer omgooien komt meestal neer op financiële zelfmoord. Wijzen naar de overheid die economie boven volksgezondheid stelt..? Ook geen optie omdat wij als kiezers… toch denk ik dat dát de enige werkzame optie is.

donderdag 15 december 2011

Alles uit de fabriek

Géén fabrieksproduct
Het is een verhaal dat het altijd goed doet, maar ik vraag me af of er echt veel kinderen zijn die denken dat melk uit de fabriek komt. Maar als dat al zo zou zijn, mogen we er dan meewarig om lachen? Want wie heeft er eigenlijk gelijk?

Heeft die volwassene gelijk, met die blik die het midden houdt tussen dedain en vertedering, of spreekt het kind de waarheid? Ik gok toch op het laatste, want hoe kan het dat melk het hele jaar door hetzelfde smaakt. Je zou toch verwachten dat melk van koeien die op de stal staan anders smaakt dan melk van koeien die lekker buiten mogen grazen. En waarom hebben we wel grasboter en dito kaas, maar is melk melk, het hele jaar door, ongeacht of de koeien het moeten doen met droog hooi en brokjes of dat ze buiten hun kilometers maken en lekker sappig gras mogen eten.

T-shirtontbijtspek
En was er vroeger niet iets met zo'n laagje vet dat op de melk dreef als je het een tijdje liet staan? Is dat zomaar ineens verdwenen of hebben onze voedseltechnologen daar  iets op gevonden. Het is een kwestie van definities, maar op zijn best kunnen we zeggen dat melk voor minimaal 50% een fabrieksproduct is. Het kenmerk van een fabrieksproduct is immers de afwezigheid van variaties. Zodra er variaties optreden is er sprake van ambacht en/of natuur.

Maar niet alleen melk komt uit de fabriek. Supermarktvlees is ook elke dag van het jaar hetzelfde. De runderen, varkens en kippen die ervoor worden gebruikt zijn dan ook helemaal genormeerd, gestandaardiseerd, gehomogeniseerd of hoe men dat ook noemt. Vion heeft deze kunst tot grote hoogten gebracht. Daar neemt men geen genoegen met zo'n onvoorspelbaar stukje ontbijtspek voor de slavinken. Nee, daar schept men zelf stukjes spek met wat vleesplaksel en separatorvlees. En waar de natuur niet in voorziet, daar voorziet Vion in: hun spek heeft de vorm van een T-shirtje. Niet alleen heel schattig maar het laat zich ook heel handig om een eveneens geplakt stukje gehakt vouwen.

Ik kom erop omdat ik laatst een dag heb meegedraaid in de slagerij. Dan ontdek je dat niet alleen elk runderras anders is, maar dat elke individuele koe anders is. Dat betekent dat de dikke rib van de ene koe beduidend langer nodig heeft dan die van een andere koe - om maar wat te noemen. Het zijn van die adviezen die de supermarkt je niet meer kan geven,  maar die een ambachtelijke slager graag met je deelt en het heeft alles te maken met vlees van dieren die een goed, niet gestandaardiseerd, leven hebben gehad.

woensdag 14 december 2011

Zohéé met ECHT water

Het moet niet veel gekker worden. De meeste voedselsjoemelaars proberen hun wandaden aan het oog te onttrekken en verheimelijken bijvoorbeeld de toegevoegde hoeveelheden suiker door dit slechts in het kleinste corps af te drukken op een groezelig etiket op de achterzijde. Bovendien heet suiker dan ineens glucose of dextrose en zout natrium. Liever zouden ze helemaal niks melden, want het leven is al complex genoeg met al die level paying fields. Gelukkig is de wetgever ze tegemoet gekomen door toe te staan dat een onleesbaar lettertje wordt gebruikt zodat het allemaal wat symbolisch wordt.

Maar dan dit. Varkenshaas staat er op de verpakking, met daaronder nog best leesbaar Mals varkensvlees met toegevoegd water. Alsof het een aanbeveling is.

Is het een kwestie van durf, van onbeschaamdheid, eerlijkheid, zelfdestructie of zou onderzoek hebben aangetoond dat de gemiddelde consument zo dom is dat hij of zij hooguit denkt dat varkensvlees met water goed is voor de lijn... dat het gezond is.

Aan doodsverachting grenzende heldenmoed
Opmerkelijk is verder dat dit vlees 'ingrediënten' bevat, nou ja, vlees.. dit vlees bestaat voor 85% uit vlees en de rest is water, natriumlactaat, melkpoeder, varkenseiwit, zout, natriumcitraat, carrageen, natriumglycinaat en natriumcarbonaat. Nou ja, ingrediënten toch eerder spul wat je bij drogist of apotheek haalt dan bij de groenteboer  of supermarkt.

Met een aan doodsverachting grenzende heldenmoed heb ik dit spul bereid. Je moet wat over hebben voor het lot van de mensheid en het lot van de aarde in het bijzonder. Rauw voelt het aan als een lijk, lang na de rigor mortis. Snotterig en glibberig. De slijmlaag lijkt zich niet te beperken tot de buitenkant. Over de smaak kan ik heel kort zijn. Het is echt ongelooflijk smerig. Dat ik het kan navertellen is waarschijnlijk te danken aan het feit dat ik me tot een enkel hap heb beperkt.

Producent: Marvest
Verkrijgbaar bij: Lidl

dinsdag 13 december 2011

Ongezonde ideeën

Deze suikerbiet moet gezonder....
Tijdens een recente bijeenkomst maakte iemand met een zekere staat van dienst zich druk om het feit dat het ministerie van landbouw in een voorstel met geen woord repte over gezondheid. Zo'n opmerking leidt niet tot rumoer in de zaal, want iedereen associeert eten met gezondheid en dus lijkt het heel logisch dat zo'n ministerie dat gaat over de productie van primaire voedselproducten zich daarover uitspreekt.

Aan de andere kant, suiker en vet, de usual suspects zijn an sich niet ongezond en wie gaat er dan over zout? Gaat het ministerie van economische zaken een productiebeperking opleggen aan zo'n club die zout uit de bodem haalt of komt er een importbeperking op zeezout? En als we dan toch bezig zijn, waarom niet even doorpakken en meteen een boete opleggen aan de wegenbouwers die mensen bewust de auto injagen en dus op zijn minst medeschuldig zijn aan het fijnstofprobleem en wat verlangen we van wapenfabrikanten en -handelaren of van de petrochemie?

Melk, een soort derde-wereld-iets
Ik had zelf toch écht het idee dat de problemen met foute voeding niet in de eerste plaats worden veroorzaakt door de mensen die er het minst aan verdienen, maar door de mensen of organisaties die er 'waarde' aan toevoegen. Dus niet de boer die nauwelijks iets krijgt voor zijn melk of uien, maar dus door de clubs die van melk Yogho Yogho maken of Fristie om maar eens een paar producten te noemen waar je als natie trots op kunt zijn. Want melk is maar melk, beetje armoedig, beetje een soort derde-wereld-iets, waar je geeneens sluipsuiker aan kunt toevoegen, guargom of natriumcitraat.

Gisteren in de krant - in dit zelfde kader en al evenzeer deprimerend - bepleitte de Raad voor de Volksgezondheid19% BTW in plaats van 6% voor voedsel. De lage inkomens moeten dan weer worden gecompenseerd, want anders is het wel wat sneu allemaal... en zo kunnen ze evenveel chips blijven kopen. Ik weet het niet hoor, maar moet ik nu lachen of huilen. Het lijkt het meest op een late of vroege 1-april-grap. En passant werd ook weer even een lans gebroken voor de vettax. Hier te Langerak wordt dus weer heel wat afgezucht en geblasfemieerd.

Aller-allerlaatste waarschuwing
Ik krijg de nare aanvechting om dingen te gaan roepen als, 'ik zeg het nog één keer' en 'dit is echt de aller-allerlaatste waarschuwing'. Maar wie denkt dat een vettax iets uithaalt moet toch echt nog een keer nadenken. Het lijkt mij althans wat naïef om te denken dat zoiets werkt. We weten toch allemaal al lang dat lightproducten mensen ertoe aanzetten om meer calorieën tot zich te nemen. En van gewoon vet en suiker worden mensen niet dik. Het probleem ligt toch echt bij sluipsuiker en dito zout. Bij lekker goedkoop suiker dat zich zo lekker laat verstoppen in bewerkte producten en zout waarmee de smaak zou makkelijk opgehaald kan worden. De fabrikanten die van die heerlijke zuiveldrankjes maken zullen binnen de kortste keren een suikervervanger hebben gevonden of een kunstmatige smaakversterker. En de boer met zijn suikerbieten, hoe moet hij dat gezonder maken?

Als ik eerlijk ben baal ik ook van het vooruitzicht dat ik straks meer zou moeten betalen voor suiker en vet om een probleem op te lossen waar ik zelf geen last van heb of schuldig aan ben. Volgens een goed gebruik moet je problemen bij de bron aanpakken. Maar in dit geval is de bron niet degene die het basisproduct levert, maar degene die aan zogenaamde waardevermeerdering doet. Laten we maar eens beginnen met te waarschuwen voor sluipsuiker. Zoiets als:
Let op! Bevat sluipsuiker bij langdurig gebruik kan dit leiden tot overgewicht, depressie, aantasting van uw zelfbeeld, diabetes, nierfalen, blindheid en het afsterven van vingers en tenen.





maandag 28 november 2011

Oogstverwerking met de stoomextractor

"Oogstverwerking met de stoomextractor"... kijk, zulke teksten wil ik schrijven. Dat is toch helemaal recht tussen de ogen. Dan ben je als mens met serieuze zaken bezig in de keuken, waarbij alle andere kookwerkzaamheden verschrompelen tot een soort zielig gefröbel. Tot het inlijsten van borduurseltjes van Marjoleine Bastin in een IKEA-lijstje.

"Oogstverwerking" dat riekt naar biceps, naar felrealistische DDR-KUNST (Spreek uit: Koenst) en die stoomextractor verhoudt zicht tot de Magimix als een John Deere tot een Toyota Aygo. En dan weet je het wel.

Het erge is dat ik het allemaal nog meen ook, vandaar de afwezigheid van - sowieso altijd lullige - emoticons. Het zal wel een mannenafwijking zijn, maar wat is daar op tegen. Okay, in onze pogingen om via de stoomextractie de mensheid van een gewisse ondergang te redden, ziet de keuken er ineens uit als of er iets is ontploft en uiteraard kan je van een Dorus Rijker-achtig type niet verwachten dat hij zoiets nuffigs gaat doen als opruimen en schoonmaken. Die wil na zijn zegenrijke arbeid een mooie bel geestrijk vocht bij een knappend vuur.

Resultaat irrelevant
Het is misschien allemaal zelfs wel erg zen en dat is dan weer een beetje jammer, want dat riekt weer naar Happinezz.. maar wat ik bedoel is dat het resultaat van de oogstverwerking totaal irrelevant is. Ergens achter de einder vermoeden we een nobel vruchtendestillaat, maar dan moeten we eerst een geslaagde vruchtenwijn produceren en dat ziet er na een paar weken toch echt uit als condensaat van de verzamelde urine uit een tehuis voor oud-zeelieden, met geelgroezelige eilandjes van onduidelijke samenstelling aan de oppervlakte. Overigens vereist de opwerking van wijn tot destillaat een destilleerketel en in dit land krijg je eerder een vergunning voor bezit van een raketwerper dan voor een destilleerketel, want stel je voor dat je de schatkist een paar euro aan accijns onthoudt. Anders gezegd de fles met waterslot - ook zoiets - met haar dreigende inhoud, blijft lang in een hoekje staan.

Enfin, ik heb nu wel genoeg gedaan aan zelfbeschadiging. En misschien is het wel reeds te laat, maar ik wil toch wel een lans breken voor het zelf brouwen van bier, wijn en komboecha (niet dat ik weet wat het is). Het is en blijft een redelijke onschuldige bezigheid en het vereist de aanschaf van leuke en soms heel goedkope spullen waarvan je het bestaan nooit had vermoed, maar waarvan je instinctief aanvoelt dat je ze geen seconde langer kunt ontberen. Zodoende raad ik iedereen (ook partners op zoek naar een cadeau voor een partner) een virtueel bezoek aan de Brouwmarkt aan.

Rapid steel Hyperdrill
Minstens zo leuk is een bezoek aan Vuur en Rook. Daar vond ik deze kookketel/veldkeuken. Typisch weer zoiets waarvan je meteen weet dat je er niet buiten kunt als je buiten woont. En dat voor maar €149,95. Ze verkopen er ook ribbenspreiders, varkenshaken en schietmaskers. Misschien geen zaken die je dagelijks nodig hebt, maar een Rapid steel Hyperdrill van F. Dick om je messen te slijpen is toch wel heel handig en nog nuttig ook.

Tot zover de decemberkooptips van de firma MijnKoeJouwKoe en nee, we hebben geen financiële belangen in een van de genoemde zaken.

vrijdag 18 november 2011

Vleesboeken

Om een beetje bij te blijven, lees ik zo af en toe een boek. De afgelopen periode las ik bijvoorbeeld “Over Worst” en “Handboek voor de Perfecte Steak”.

Worstflessers
Het boek “Over Worst” heb ik speciaal aangeschaft omdat we onze zoektocht naar de perfecte worst zeer serieus nemen. Het boek kan worden gezien als een praktische handleiding om te leren hoe je worsten moet maken en het beslaat zowat het hele spectrum, van verse worst via gare, gefermenteerde, gerookte en vegetarische worsten en alles in heel veel varianten. Daarnaast omvat het een supermarktgids. Dat laatste maakt dat het een boek is met een houdbaarheidsdatum die mogelijk korter is dan die van sommige worsten.

Dat lijkt mij niet zo handig. Wat ik evenmin handig vind is dat op ongeveer elke pagina een poging wordt gedaan om lollig te zijn. Die lolligheid is zelden geestig te noemen, maar dat kan aan mij liggen. Ik denk echter dat zelfs de meest geharde studentikoze kroeghanger na 244 pagina’s en een veelvoud aan lolligheden van het kaliber “Worstflessers” of “Films waarin je een woord in de titel kunt vervangen door worst” (“The Texas Sausage Massacre”; “Edward Sausagehands”), last krijgt van lolligheidsmoeheid.

Favoriete steak
Veel vrolijker werden wij van Handboek voor de perfecte steak. Evenals het worstenboek en ‘typisch mannenboek’, maar prettig leesbaar, mooi uitgegeven en naast veel informatie over koeien, snits, boeren, materialen, adressen, basics ook persoonlijke ontboezemingen van mensen als Johannes van Dam en Felix Witbrink met betrekking tot hun favoriete steak en een reeks aantrekkelijke recepten.

Auteur Marcus Polman heeft voor zijn boek de halve wereld afgereisd, bezocht onder andere beroemde steakhouses in New York, maar ook treffen we een van onze eigen favorieten in het boek aan, slager Bert Vlot uit Ottoland.

Jammer alleen dat de steaks van oude koeien niet aan bod komt* en verder had het van ons een heel stuk dikker mogen zijn, maar dat mag worden gezien als een aanbeveling.

Handboek voor de perfecte steak
Marcus Polman
Fontaine Uitgevers ISBN 978 90 5956 408 4

Over Worst
Meneer Wateetons & Sjoerd Mulder
Dutch Media Uitgevers ISBN 978 90 488 0991 2



*De auteur ziet het zelf ook als een omissie en wil dat graag in een volgende editie - met onze hulp - goedmaken.

donderdag 17 november 2011

Koeienbeha

Elk jaar slaag ik er weer in om te laat te zijn met sloten. Ergens begin november moet je klaar zijn voor de schouw, want anders krijg je een herschouw en eventueel een boete. Soms ben ik nog maar nauwelijks begonnen met sloten, andere jaren staat er nog maar een heel klein plukje rietsigaren. Zoals nu.

Maar ter verdediging mag ik aanvoeren dat ik de rest van de winter doorga om dat ik diepe sloten wil, waar wat in kan leven. En ik doe alles met de hand. Behoorlijk zwaar werk, maar veel leuker dan zweten in een sportschool lijkt me.

Het nieuwe baggernetje
Dit jaar moet ik helaas mijn baggerbeugel opknappen. Mijn baggernet bestond uit een oude koeienbeha, ooit gekregen van mijn gerespecteerde buurman. Helaas zit dat ding na vijftien jaar vol gaten. Sommigen vinden dat soort beha's wellicht erotiserend, maar ik associeer zulke spullen altijd met amputaties en misvormingen en daar heb ik niks mee.

Toch stemt het een beetje weemoedig om afscheid te nemen van een gift van een prettig mens, want dat was mijn buurman. Aan de andere kant, als straks mijn baggerbeugel weer helemaal doet wat hij moet doen, zonder dat bij elke trek driekwart weer terug in de sloot stroomt, dan geeft dat ook wel voldoening.

dinsdag 15 november 2011

Pleidooi voor vet

Gisteren de lekkerste rode kool ooit gemaakt. Nou ja, laat ik bescheiden blijven: niet op wereldschaal of nationaal, zelfs niet regionaal, maar op de schaal van Lex. Eigenlijk was het allemaal weer heel simpel. Ik heb alles precies zo gedaan als ik altijd al deed, alleen gebruikte ik in plaats van boter schmalz of te wel kippenvet.

Dat vet had ik zelf gewonnen toen ik soep maakte van twee van mijn haantjes. Ik had in een bouillonrecept gelezen dat het handig is om kip voor te bruinen in de oven en daarbij het vet op te vangen, dat te filteren en te bewaren in een potje voor later gebruik. Het voordeel is dat je dan de bouillon niet eindeloos hoeft te ontvetten, het levert je mooi vet op voor braaddoeleinden en het is lekker duurzaam.

In de joodse keuken staat kippenvet bekend als schmalz en er kan weinig tegenop. Het maakt de rode kool in elk geval stukken lekkerder dan normaal.

Het toeval wilde dat ik dit weekend van een goede vriend een potje Gänseschmaus kreeg. Dat is ganzenvet met kaantjes en lijkt daarmee erg op Sschweineschmalz met kaantjes (Grieben in het Duits). We kennen Schmalz in Nederland wel als reuzel, maar erg populair is het hier niet. Duitsers eten het graag bij de borrel op een snee van dat zware Duitse brood. En ik kan het iedereen aanraden. Denk maar eens aan al die suiker die je ongemerkt binnenkrijgt als je de volgende keer in Duitsland bent en bestel Brot mit Schmalz voor naast de witte wein of bij het bier. We moeten maar een af van die idiote vetfobie.

maandag 14 november 2011

Ach, wetenschap...

Vorige week had ik een soort van aanvaring met ene Lars Charas, die met veel aplomb dingen beweert die mij volkomen onzin lijken. Zo noemt hij dierenwelzijn een erg Nederlandse discussie en dus niet relevant als het gaat om duurzaamheid.

Verder is hij zeer uitgesproken in zijn mening dat rundvlees slecht is en kippenvlees veel en veel beter. Zo zou het onder andere veel beter zijn op gebied van water- en energieverbruik. Uiteraard is de baarlijke onzin en het product van oversimplificatie. Koeien in natte polders die nauwelijks worden bijgevoerd en die geen soja consumeren, scoren op die gebieden eerder beter dan slechter dan (scharrel)kippen.

Maar dat is nooit onderzocht
Ik liet de heer Charas weten dat hij appels met peren vergelijkt omdat er nogal wat verschil is tussen de ene koe en de andere. De heer Charas antwoordde, met nauwelijks verholen dedain, dat mijn oprisping gekleurd was door mijn economische belangen... In elk geval bleek hij niet van zins zijn Olympus te verlaten om inhoudelijk op mijn argumenten in te gaan. Zijn enige inhoudelijke argument kwam erop neer dat hij mensen kende die het met hem eens waren.

Vandaag stond meneer Charas weer in Trouw. Wederom tenenkrommend en je vraagt je af hoe een zichzelf respecterende krant er toe komt een dergelijke charlatan aan het woord te laten. Dit keer beweert de beste man van alles over paddenstoelen en dat biedt wederom een onthutsend kijkje in 's mans psyche. Zo beweert hij met veel aplomb dat wilde paddenstoelen vol van smaak zijn en een stevige beet hebben. Hij vermoedt dat dat samenhangt met de eiwitten, 'maar dat is nooit onderzocht'. Verder komt hij met een recept met kaas. Uiteraard moeten we geen koeienkaas nemen, maar geitenkaas. Waarom zegt hij er niet bij, maar hij geeft wel aan dat voor kaas hetzelfde geldt als voor vlees...

Gelukkig bestaat China
Hij kan het ook niet laten iets te roepen over voedselveiligheid. Zo geeft hij aan dat sommige producten niet meer mogen als we ze lang de huidige wetenschappelijke meetlat leggen. Maar veel producten eten we al eeuwen en 'Voedselveiligheid is het best gewaarborgd binnen traditionele eetculturen...' Nadere uitleg is kennelijk overbodig, maar ik kan er geen touw aan vastknopen..

Nog niet genoeg? Als je noten, paddenstoelen en peulvruchten eet heb je geen vlees nodig, mits je ze in een goede mix verwerkt, volgens Charas. 'Hoe die [mix] er precies uitziet, weet  niemand. Er is nauwelijks onderzoek naar gedaan.' En tenslotte blijkt er in Bhutan een op wilde paddenstoelen geënte economie te bestaan. 'Helaas is er in de westerse wereld onvoldoende vraag naar. Maar gelukkig bestaat China..' Het kan allemaal de schuld van de journalist zijn of van de redactie, dat deze meneer zo vaag uit de hoek komt. Maar, mijn mailcorrespondentie doet echter vermoeden dat de journalist in kwestie een zware dobber heeft gehad aan deze persoon.

Helaas word ik weer ernstig aan het twijfelen gebracht als ik pagina 6 en 7 van het zelfde katern lees. Twee volle pagina's over ene Lynne McTaggart, met als kop 'Wetenschap is ook maar een verhaal'. Ze schreef een boek 'over de gevaren van kindervaccinatie' en een handboek over alternatieve manieren om kanker te bestrijden. Tja, denk ik dan, gras eten, Jomanda? Treurig Trouw.


Steun uit onverwachte hoek

Vanmorgen had ik nog zó gezegd, dat Jeder Konsekwenz zum Teufel führt, maar een beetje consequent is soms toch wel prettig voor de helderheid. Zoals in het geval van dierenwelzijn en consumentenvoorlichting.

Vleesmagazine twitterde bijvoorbeeld opgetogen dat Iers vlees gewild is in Nederland. Ze hadden er een heel artikel aan gewijd. In het artikel staat onder meer het volgende, "Onderzoek wijst uit dat het vlees door de Nederlandse consument niet alleen wordt gewaardeerd vanwege de smaak en malsheid, maar ook vanwege het ‘groene’ karakter. De Ierse runderen lopen vrijwel het hele jaar buiten, bovendien hebben de Ierse rundveehouders veel geïnvesteerd in dierenwelzijn en duurzaamheid."

Dat er veel is geïnvesteerd in dierenwelzijn moet blijken uit het feit dat het vlees de felbegeerde ster heeft van ons aller Dierenbescherming. Felbegeerd en buiten bereik van Nederlandse rundveehouders. Niet omdat hun dieren het slechter hebben - soms het tegendeel - maar omdat de schaalgrootte niet past in de systematiek, de bureaucratie, de...

Akelig detail
Een bijkomend, maar akelig detail is dat de Ierse dieren wel een ster krijgen, maar hem vaak niet verdienen. Dat was me ooit verteld door een Nederlandse boer die hoog en laag heeft gesprongen en hemel en aarde heeft bewogen om voor hun eigen vlees toch minimaal een ster te krijgen terwijl twee of drie meer in de rede liggen.

De boerin vertelde me dat de Ierse runderen vaak lange transporten moeten doorstaan en in veel gevallen op roosters liggen. Daarmee voldoen de bedrijven niet aan de eigen normen van de Dierenbescherming. Het probleem was natuurlijk dat mijn informant partij is in deze kwestie en ik het niet kon controleren. Vanmorgen echter kwam er steun uit onverwachte hoek.

De firma Groothedde levert namelijk Iers sterrenvlees en is daar schaamteloos trots op. Maar ze geven ook een onverwacht kijkje in de keuken. Zo staat op hun site te lezen:

Voor de gek gehouden
"Waar nodig zullen nog verbeteringen worden doorgevoerd. Dat is bijvoorbeeld het geval bij enkele stallen die nog niet zo lang geleden verbouwd zijn en nog geen gedeeltelijke dichte vloer voor het liggedeelte hebben. De veehouders worden geïnformeerd over het belang hiervan in het kader van dierenwelzijn. Dit zijn zaken die bij een eerstvolgende verbouwing worden aangepakt. De toeleveranciers hebben zwart op wit verklaard de nodige inspanningen te zullen verrichten om alles binnen de gestelde termijn op orde te krijgen. En daar wordt streng op toegezien.

Kort samengevat, ze delen ook sterren uit voor vlees dat niet aan de eisen voldoet. We worden dus domweg voor de gek gehouden door de firma Groothedde.

Gelukkig voor Groothedde en AH en de Dierenbescherming twijfelt niemand aan de Dierenbescherming en leidt zo'n ster tot een goed gevoel bij de koper. Weet hij of zij veel dat in geval van Iers rundvlees de runderen op veelal op metalen roosters moeten liggen en dat in geval van kippen met één of met twee sterren de snavels worden afgeknipt. Groothedde en AH krijgen zo een mooi concurrentievoordeel. Met dank aan de Dierenbescherming en de Nederlandse boer die zijn dieren stukken beter verzorgt dan verschillende Ierse boeren, wordt zo op achterstand gezet, ook door Vleesmagazine dat voorhoudt dat het net zo weinig van de materie af weet als de gemiddelde consument.

En misschien heeft de voorkeur van de consument voor Iers rundvlees wel veel meer te maken met de voorkeur van AH voor Iers rundvlees dan met zaken als smaak en duurzaamheid.

maandag 7 november 2011

Appels & Peren & Kippen & Koeien

Het is vaak lekker je te wentelen in je eigen gelijk, om op een novemberige maandagmorgen te beginnen aan een krantenartikel waarmee je het bij voorbaat eens bent. Minder leuk dus als dat feestje wordt bedorven omdat de auteur wat gemakzuchtige stellingen poneert, die kant nog wal raken en waarbij de ene na de andere appel met een willekeurige peer wordt vergeleken...

Mijn chagrijn betreft een stuk in Trouw van vandaag, 7 november 2011. Het gaat over hergebruik van voedsel, over smullen van kliekjes. Dat laatste heb ik uiteraard gecursiveerd omdat ik dat haast net zo erg vind als de uitdrukking yummie voor iets dat lekker is. Ik ben erg voor zelf koken en ik vind hergebruik van restjes culinaire creativiteit in optima forma. Zodoende - maar ook om de smaak - ben ik een liefhebber van knödel. Maar dan komt het...

Dierenwelzijn in Pyonyang
De auteur in kwestie vindt dierenwelzijn een wel "erg Nederlandse discussie". So what, denk ik dan, moet het besef dat dierenwelzijn van dieren belangrijk is eerst zijn doorgedrongen tot in Pyongyang voordat het een relevant onderwerp wordt?

Daarnaast pleit hij voor fond als smaakmaker in een vegetarische soep om deze een echte vleessmaak te geven. Ik werk zelf graag met fond, maar wat er duurzaam aan is, ontgaat me. Als je soep wilt met een echte vleessmaak, kan je beter gewoon beginnen met een vlees- of kippenbouillon in plaats van eerst een bouillon te maken, deze in te dikken en die dan weer te verdunnen.

Maar het wordt nog erger. Zo plaatst hij een terloopse opmerking over de duurzaamheid van rundvlees. "Rundvlees heeft een zeer slechte ecologische voetafdruk. Het kost veel energie, water en ruimte." "De ecologische voetafdruk" [van kippen] "is een stuk gunstiger: 40% van die van rundvlees." Is dat nu ineens ongeacht of het biologische kippen, scharrelkippen of kooikippen zijn? Waarvan bij de laatste twee standaard de snavel wordt afgeknipt of gebrand, maar goed, dat was geen thema in zijn betoog, want te Hollands.

Dan liever een vinexwijk
Op gebied van ruimte scoren kippen inderdaad super, met 15 tot 17 kip per vierkante meter. Daar kan geen koe tegenop. Ik vraag me wel af of het vanuit een duurzaamheidsperpectief echt heel erg is dat er koeien rondwandelen in gebieden die niet voor akkerbouw geschikt zijn. Inderdaad, je kan daar ook een megastal voor kippen neer te zetten, een vinexwijk of een bedrijventerrein.

Nederlandse koeien, veelal in natte polders, verbruiken vast heel veel water, maar of dat erg is. Daarnaast zijn er koeien die nauwelijks of niet worden bijgevoerd en als ze worden bijgevoerd, dan niet met graan of soja uit droge streken (kom maar eens bij die van ons kijken). Ik wil maar zeggen, de ene koe is de andere niet. Er zijn heel veel koeien, die nooit een grasspriet zien, die voornamelijk graan, mais en soja eten. Die hebben inderdaad een heel slechte ecologische voetafdruk, maar dat geldt dus niet voor alle koeien.

Ik heb de opmerking over de energiebelasting niet behandeld, want ik weet het gewoon niet, maar ook hier heb ik het idee dat appels met peren worden vergeleken. Ik heb wat vragen uitgezet, dus wordt vervolgd

donderdag 3 november 2011

Voedselveiligheid

Zie: www.hoeveelsuikerziterin.nl
Zojuist heb ik met een half oog naar een filmpje over voedselveiligheid gekeken. Met een half oog omdat ik ernstig werd afgeleid. Ik heb namelijk zo mijn ideeën over dingen - lang niet over alles gelukkig - en soms leiden die ideeën ernstig af. Ditmaal werd ik dus weer eens ernstig afgeleid want over voedselveiligheid heb ik ernstig afwijkende ideeën

Bij voedselveiligheid gaat het bijna altijd over zaken waar je acuut ziek van wordt. In een heel enkel geval wil het nog wel eens over een vreemde stof gaan waar je op termijn een aandoening van kunt krijgen (dioxine, pcb's, groeihormonen), maar meestal gaat het over ziektekiemen zoals salmonella, listeria en ander microbiëels.

De gemene deler is dat het zaken zijn die onbedoeld in het eten zitten. Niet dat clenbuterol zomaar spontaan in vlees terecht komt of dat antibiotica die leiden tot resistente bacteriestammen tot de natuurverschijnselen gerekend kunnen worden, maar ze worden niet toegevoegd opdat we deze zaken consumeren.

Kilo's lichter
De EU pompt miljarden in de landbouw of in de voedingsindustrie, dat wordt me nooit helemaal duidelijk, om de voedselveiligheid te verhogen. Daarbij gaat het met name om hygiëne en dat snap ik niet zo goed. Natuurlijk is het erg dat er mensen doodgaan aan een salmonella-infectie of listeria, maar goed beschouwd komt dit maar heel weinig voor. De meeste mensen komen met de schrik vrij en zijn na afloop wat kilo's lichter.

Tegenover die betrekkelijk zeldzame gevallen staat een enorme toename van mensen met overgewicht en obesitas. Dit leidt tot tal van aandoeningen die ertoe leiden dat mensen eerder dood gaan en minder jaren in goede gezondheid slijten. Dat dit de maatschappij veel geld kost en veel ellende oplevert zal duidelijk zijn.

Voor een deel wordt de toename van overgewicht veroorzaak door het kwistige gebruik van suiker. Suiker dat men vaak ongemerkt binnenkrijgt in de vorm van sluipsuiker. Ongemerkt, bijvoorbeeld omdat je niet verwacht dat er suiker in de zoutjes zit of omdat de verpakking gezondheid suggereert of omdat er vertrouwenwekkende labels op staan. Je zou verwachten dat de overheid daar tegen optreedt en mensen helpt een bewuste keuze te maken (een 'echte bewuste keuze). Immers je mag verwachten dat de grootste problemen de meeste aandacht krijgen, maar helaas. En waarom? We kunnen slechts gissen.

Al met al blijft het raar dat er wel veel aandacht is voor onbedoelde ziekmakers, maar dat elke fabrikant met een gerust hart suiker mag toevoegen.

woensdag 2 november 2011

Vette hulp

Gisteren stuitte ik op een oud artikel, waarin werd gesteld dat het eten van vet, van vlees werd aangeprezen als een goede remedie tegen overgewicht. Maar ik aarzelde. De beweringen waren wel heel stellig en zojuist had ik op de radio gehoord dat het mooie van internet is dat alles gecheckt kan worden. Maar hoe zou ik een vinger moeten krijgen achter het waarheidsgehalte van een aantal stellige stellingen. Zoals..
De westerse mens wordt dikker en dikker. Al 25 jaar voeren voedseldeskundigen met de overheid in hun kielzog campagne tegen het eten van vet. Zoete drankjes, repen en boterhammetjes leveren een wilde piek in het bloedsuikergehalte op, waaraan iemand die geestelijke arbeid of lichte lichamelijke inspanningen verricht helemaal niets heeft.


..Het percentage Nederlanders dat echt te dik is (de lijders aan obesitas), is gestegen van vijf tot tien procent. In de Verenigde Staten liggen de vetzuchtpercentages nog veel hoger, maar wij zijn bezig met een inhaaloperatie.

We zijn niet alleen dikker dan ooit; het aantal hartaanvallen neemt ook toe en type-a-diabetes, vroeger ouderdomssuikerziekte genoemd, wordt algemener en komt tegenwoordig zelfs bij vijftienjarigen voor. Het merkwaardige is dat de adviezen van overheden, artsen en diëtisten om vetarm te eten wel degelijk zijn nageleefd.


Complotdenken
Een wel gemikte verwijzing naar een onderzoek, statistiek of dataset zou mijn geloofwaardigheid totaal kunnen ondermijnen en dat zou niet handig zijn. Een klein probleem is bovendien dat het artikel al bijna tien jaar oud is.

De auteur (Marc Roele) neemt verder de voedingsindustrie zwaar onder vuur en dat voedt de verdenking dat hij niet vrij is van complotdenken:

Precies een kwart eeuw geleden besloot een commissie van de Amerikaanse Senaat dat iedereen die ouder is dan twee jaar minder vet zou moeten eten. De levensmiddelenindustrie was maar wat blij met aanbevelingen van de overheid om vetarm te eten. De verkoop van vet was allang geen vetpot meer. Opeens kon men duizenden nieuwe producten op de markt zetten: vetarme koekjes, chips en toetjes. Vet in margarine werd vervangen door water - een goedkoper ingrediënt dat voor een hogere prijs kon worden verkocht. Vetvervangers, zoals Olestra van Procter & Gamble, zijn ook goudmijntjes. Van alle producten in de voedingsmiddelenindustrie is de winstmarge op slanke producten het hoogst, gevolgd door die op koolhydraatrijke producten (sportdrankjes, vruchtensappen, chips en repen). Ons drinken is tegenwoordig zo volgestampt met koolhydraten dat een hongerstaker die veel zoete drankjes plus de broodnodige vitaminen tot zich neemt het risico loopt om aan zwaarlijvigheid te overlijden.

Hulp uit onverwachte hoek
Enfin het probleem was dus dat het hele verhaal koren op mijn molen is, het is een mooie samenvatting van wat ik zelf ook al zo lang beweer, maar ergens voelt het ook wel als glad ijs. Immers, wat weet ik van de juiste verhouding tussen omega 3 en 6 vetzuren in vet. Gelukkig echter kwam er vandaag hulp uit onverwachte hoek.

Grist publiceerde een interview met een man die zijn sporen heeft verdiend bij grote voedingsbedrijven als General Mills en Nabisco. Bruce Bradley wijst in een nieuwe blog op de groter veranderingen die hebben plaatsgevonden in de levensmiddelenbranche. Als gevolg van de toegenomen macht van aandeelhouders en grootgrutters vond in de sector een consolideringsslag plaats en is heel erg in de kosten gesneden. De gevolgen:

This has hurt our food supply in many ways. First, huge, multinational food companies now dominate the landscape. Wielding far greater lobbying power and much deeper pockets, these companies have been very successful in stagnating food regulation. Second, cost savings have been a key profit driver for the industry, but they've had a devastating impact on both food quality and food safety. Think factory farming and GMOs, just to name a couple of examples. Third, as consumers' health concerns have increased, processed food manufacturers have become even more aggressive in making dubious health claims or co-opting fad diets to market their brands and develop new products.

Enfin, ik neem het risico maar, want het klinkt allemaal even logisch als desastreus. Ik sta niet honderd procent in voor het feit dat alles voor de volle honderd procent klopt, maar het levert in elk geval stof tot nadenken.



dinsdag 1 november 2011

Vetfobie

Recent was ik aanwezig bij een workshop waar verschillende soorten varkensvlees werden gepresenteerd. Het was de bedoeling van de organisatie om ons te overtuigen van de kwaliteit van het vlees en de producten die ervan werden gemaakt. Een tenger meisje dat bij de Keurslagersvereniging werkt, gruwde zichtbaar van alles waar een beetje vet aan zat. Een typisch geval van miscasting dus.

Maar het is ook wel te begrijpen. Vet is iets wat je moet leren waarderen. Dat vet lekker zou kunnen zijn, dat het smaak geeft aan gerechten en producten, komt maar bij weinigen op. Sterker nog, vet is eng, gevaarlijk, een instrument van de baarlijke obesitasduivel.

En niemand die daaraan twijfelt. Immers het NRC en het Voedingscentrum zeggen het zelf... Tel daarbij op de reclame voor lightproducten, fruitsappen zonder vet en industriële broodsmeersels die voor de helft uit water bestaan en waarvan je niet alleen sexy, succesvol, sportief en welstandig wordt en het is niet meer dan logisch dat Nederland massaal kiest voor magere melk, dito vlees en andere vormen van smakeloosheid.

Volksempfinden als kompas
Je moet van goede huize komen om je te keren tegen de communis opinio, de stem des volks, overheidsdecreten, directieven en wat dies meer zij. Wetenschap hebben we immers afgedaan als ' een meninkje' en 'dubbelblind gerandomiseerd onderzoek' wordt zelfs door de baas van het RIVM weggezet als orthodox wetenschapsfundamentalisme. Het Volksempfinden is ons kompas.

Ook ik heb lang gedacht dat vet vies was. Die gele klonten tussen het draadjesvlees bij oma, we keken er naar en weigerden ervan te proeven. Dat heb ik volgehouden totdat ik tussen Nis en Belgrado een coupé deelde met mensen die zich verbaasden over het feit dat we een treinreis maakten zonder meegebracht eten. Maar zoals dat gaat in de Balkan, we werden meteen geadopteerd en moesten delen in wat ze zelf voor lekkers hadden meegenomen, zoals brood met ingebakken kaantjes.

Onze meest sjofele 'adoptie-ouder' toverde uit een stuk krantenpapier een complete gekookte ham tevoorschijn. Hij sneed daar een dikke plak van af met een vetrand van minstens 2 centimeter. Omdat ik goed ben opgevoed kon ik niet weigeren en snapte ik dat ik ook het vet moest opeten. Om er snel vanaf te zijn begon ik dus maar het de rand vet. Het was zoveel dat ik er wel op moest kauwen en dat maakte dat ik het ook echt proefde. Het bleek niet minder dan een openbaring. Het was een regelrechte geconcentreerde samenvatting van de smaak van de ham. Goddelijk.

Sindsdien proef ik alle vet met aandacht en snap ik helemaal niets van de vaderlandse voorliefde voor alles waar mager voor staat.

maandag 31 oktober 2011

Fairweg

Dit is GEEN boer
Omdat fairtrade zo in de belangstelling staat deze week, omdat onder andere Trouw en de Volkskrant ettelijke kolommen hebben gevuld en ondanks het feit dat ik er al eens een blog aan heb gewijd, toch nog maar een blogje over het unfaire aan fairtrade.

Het lijkt een beetje een zwaktebod om twee keer over hetzelfde onderwerp te schrijven, maar ik denk wel dat het relevant is en daarnaast schrijven serieuze kranten ook vaker over hetzelfde onderwerp - bijvoorbeeld over fairtrade - en als dat dan altijd vanuit een identieke invalshoek geschied gaat iedereen geloven dat het is zoals er geschreven staat...

Daarom gelooft iedereen dat fairtrade gaat over zaken als koffie, cacao, bananen, katoen. Producten uit verre landen, waar boeren en andere mensen het zonder veel twijfel veel slechter hebben dan hun collega's op hogere breedtegraden. Daarom is er ook niet zoiets als fairtrade melk, vlees of groente.

Een chronische schaamroodaandoening
Om de een of andere reden vinden we het heel normaal dat een Nederlandse boer na een seizoen met akkers vol uien blijft zitten omdat hij er maar €0,01 per kilo voor kan krijgen. Een soort eigen-schuld-dikke-bult-sentiment. Omgekeerd vindt men het een schande als een cacaoboer in Ivoorkust geen gegarandeerde prijs krijgt voor zijn ccacaobonen.

Ergens klinkt het toch een beetje alsof we van mening zijn dat de tropische boer geestelijk niet helemaal volgroeid is. De boer in onze contreien daarentegen verdient kennelijk net zoveel compassie als de gemiddelde grootbankier. Ondertussen moet diezelfde boer van alles: hij mag niet spuiten, geen kunstmest gebruiken, moet koeien de wei in sturen, weidevogels laten broeden, slootkanten omvormen tot weelderige natuur, landschapselementen herstellen, wandelaars toelaten, geen herrie maken buiten kantooruren, zijn mest mag niet stinken, hij moet de wegen schoonhouden, snoeihout moet netjes worden versnipperd, varkens moeten kunnen wroeten, kippen lekker kunnen scharrelen, hij mag geen herbiciden gebruiken, geen fungiciden, geen insecticiden, zijn producten moeten smaken als vroeger, maar schoon zijn en mooi en vrij van beestjes en ga zo maar door.

En zodoende zijn uien voor €0,01 per kilo  voor de inkoper van de grootsuper geen enkele aanleiding om zoiets als een chronische schaamroodaandoening van te krijgen. Voor de veeleisende consument is het dus ook geen enkel probleem om kipfilet te kopen die goedkoper is dan kattenvoer en mag melk best goedkoper zijn dan bronwater.

Meer toeval dan bedoeling
En ook zo leuk... biologische keurmerken denken aan alles. Het is het enige keurmerk dat verschillende domeinen bestrijkt. Koop je biologische eieren of kippen, dan weet je dat die dieren hun snavel hebben mogen houden - in tegensteling tot bij door de Dierenbescherming van 1 en 2 sterren voorziene producten... maar biologisch wil niet zeggen dat de boer een faire prijs krijgt. Het kan, want soms is de vraag naar biologisch ineens groter dan het aanbod, maar dat is dan meer toeval dan bedoeling.

Dus misschien een aardig idee om bij een volgende fairtrade week ook eens naar de eigen boeren te kijken, zolang die er nog zijn tenminste, want momenteel stoppen er zes per dag. Wat misschien ook wel een aardig bij-effect is, is dat een boer die een beetje redelijk betaald wordt ook meer aandacht kan besteden aan dierenwelzijn, milieu, natuur etc.

woensdag 26 oktober 2011

Teamplayers

Of het nu over vet/suiker gaat, mensen met psychiatrische aandoeningen, infrastructurele projecten, natuur in dit land, asielzoekers... soms worden er van die besluiten genomen waarvan je je echt niet kunt bedenken hoe iemand die compos mentis is, ze met droge ogen en zonder bezwaard gemoed kan verdedigen.

Illustratief is het beleidsvoornemen om mensen met geestelijke aandoeningen als psychoses en schizofrenie een eigen bijdrage te laten betalen. Het veld - zoals dat heet - geeft aan dat dat een slecht idee is, wat ertoe gaat leiden dat er weer mensen in de goot belanden die onder dwang opgenomen moeten worden. Dat gaat veel geld kosten en bovendien is het vreemd dat die bijdrage wél wordt gevraagd van mensen met een geestelijke aandoening, maar niet van mensen met een fysiek probleem.

Mevrouw de bewindspersoon
Er  zijn dus twee hele goede redenen om je als beleidsmaker in kwestie achter de oren te krabben. Beide redenen afzonderlijk, de rechtsongelijkheid, maar ook het feit dat het meer in plaats van minder geld gaat kosten, zijn al voldoende om het voornemen fluks in te trekken. Bij elkaar opgeteld zouden ze moeten leiden tot een traumatiserend gevoel van schaamte en chronische agorafobie.

Maar niks van dat alles. Mevrouw de bewindspersoon blaakt nog steeds van het zelfvertrouwen en hij/zij gaat onverdroten voort op de ingeslagen weg.

Groepsratio versus common sense ratio
Hoe werken die dingen eigenlijk? Haar juristen zullen haar ongetwijfeld hebben gewezen op het principe van de rechtsgelijkheid, de economen zullen haar hebben geïnformeerd over de negatieve besparingen en het veld zal haar best wel hebben uitgelegd dat mensen met psychoses en schizofrenie door hun aandoening vaak niet kunnen en/of willen betalen.

Dat de bewindspersoon in kwestie alleen maar heel eigenwijs/eigengereid is, kan ik niet geloven. Dan zou ze wel heel erg van haar eigen gelijk overtuigd moeten zijn. Volgens mij is er een bijkomende factor die leidt tot deze koppige, destructieve hardnekkigheid.

Volgens mij is er wel degelijk sprake van ratio, maar niet van de gewone common sense ratio. Er lijkt sprake van een groepsratio. Het gaat de betrokken bewindspersoon er dus niet om dat ze iets doet logisch en verstandig is in het grotere geheel, maar dat ze iets doet wat logisch en verstandig is binnen de groep. Dan mag je dus iedereen tegen je in het harnas jagen, sterker nog, dat heeft alleen maar versterkende effecten op de groepscohesie. Hoe harder er van buitenaf tegen de groep wordt aangeschopt hoe groter de saamhorigheid.

Het zal wel weer een evolutionair rudiment zijn zo'n mechanisme waarbij we onbewust ons zelf opofferen voor het grotere goed wat het voortbestaan van de groep is. Wel jammer dat het zulke slechte beslissingen leidt.

vrijdag 21 oktober 2011

Level playing field zonder waterpas

Onder druk van de eierindustrie wil Eurocommissaris John Dalli de verkoop van eieren die gelegd zijn in illegale legbatterijen na 1 januari 2012 toch toestaan. Compassion in World Farming is geschokt door deze verzwakking van het legbatterijverbod. Doe mee, en stuur nu een protestmail naar de Europese Commissie! 

Compassion in world farming, een club waar ik nog nooit van had gehoord, stuurde me het verzoek mee te doen aan een petitie. Dat heb ik braaf gedaan, ondanks het feit dat ik het met hun brief niet eens ben.


"De beste manier om deze wrede kooien snel te laten verdwijnen is te benadrukken dat de kooien zelf, én de verkoop van eieren die er gelegd worden, verboden zijn vanaf 1 januari 2012. Mocht u echter toch willen vasthouden aan uw plan, dan vraag ik een korte overgangstermijn van maximaal 6 maanden. Tenslotte heeft de eierindustrie meer dan 10 jaar de tijd gehad om zich op de nieuwe regels voor te bereiden!"


Niet dat de scharreleieren leggende kippen nou zo'n geweldig leven hebben, zeventien of vijftien kippen per vierkante meter, afgeknipte snavels, het is en blijft too little too late. Maar wat bedenkelijk is, is dat de goeden weer onder de kwaden moeten leiden. De boeren die niet hebben geïnvesteerd in (marginaal) betere leefomstandigheden krijgen een concurrentievoordeel in de schoot geworpen. Dat lijkt me op zijn zachtst gezegd sneu voor de boeren die dat wel hebben gedaan.


Uitstel met zes maanden slaat overigens ook nergens op. De sector heeft tien jaar de tijd gehad en heel veel boeren hebben de overstap gemaakt. Degenen die gewoon op de oude voet zijn voortgegaan moeten maar op de blaren zitten.


Maar goed, beter iets dan niets en dus toch maar tekenen, die petitie,

donderdag 20 oktober 2011

De dood of het buikje

Enige tijd geleden stuitte ik op een tweet over een artikel in Bouillon. De schrijfster toonde zich onthutst over het feit dat je van E621 (monosodium of natrium glutamaat of ve-tsin) dik kunt worden omdat je hongerig blijft. Ik besloot het artikel te lezen en raakte eveneens onthutst, maar niet over E621 en dikte.

Mijn onthutsing betrof het feit dat de dame zich liet onthutsen door een mogelijk dikmakend effect van een stofje. Dat je verklevende darmen en darmkanker zou kunnen krijgen van andere stofjes leek haar echter niet te interesseren. Zelf geloof toch echt, dat ik liever een buikje heb dan dat ik voortijdig als gevolg van kleefdarm aan de aarde moet worden toevertrouwd.

Maar de onthutsingsreeks was nog niet ten einde. Dat darmen kunnen verkleven door stofjes werd door iemand anders ernstig in twijfel getrokken.

Een geraadpleegde deskundige wilde wel aantonen dat het onzin is. Zijn uitleg staat helemaal onderaan. Het komt erop neer dat er twee plakmethodes zijn en beide, de Fibrimexmethode en de Activamethode zijn ongevaarlijk.

Het vervelende is, dat ik zijn hooggeleerde uitleg voor zoete koek moet aannemen. Dat wordt me echter niet makkelijk gemaakt, want zijn visie op de rest van het artikel lijkt wat vooringenomen. Hij trekt conclusies die nergens op slaan zoals, dat het een oproep is om terug naar de natuur te gaan. En dat is volgens hem heel onaantrekkelijk want dan mis je de boontjes en bloemkool in de zomer... en - het ergst van alles - "dan is de huisvrouw (*red.) elke dag weer minimaal 25 minuten bezig met het bereiden van de warme  maaltijd" ook zal "de houdbaarheid van levensmiddelen drastisch afnemen, het geen tot veel meer logistieke  bewegingen leidt en daarmee kosten verhogend werkt en zorgt voor dichtgeslibde wegen (files)." Ik lees in het artikel een pleidooi voor meer zelf koken en minder gemaksvoedsel consumeren en niks over een vorm van autarkie.

Wel aardig overigens dat hij door de knieën gaat om ons uit te leggen dat een dichtgeslibte weg [vier let-ter-gre-pen] tot files leidt... Toch heb ik stellig de indruk dat dit niet direct tot het vakgebied van onze deskundige behoort. Onthutsend is verder zijn terloopse opmerking over het bereiden van een warme maaltijd.

VIJFENTWINTIG MINUTEN. Is dat nu echt teveel tijd om aan eten te besteden? Moet het eten echt in minder dan een half uur klaar zijn en is dat dan de reden dat we massaal vervallen tot pakjes, bakjes, zakjes en potjes met eten? Treurig. Mij lijkt het onverantwoord weinig het is misschien zelf tekort om je plakvlees zo ver te verhitten dat de transglutaminase buiten werking wordt gesteld. [zie het vetgemaakte deel in de aangehaalde tekst]

Overigens heb ik ooit 'hertebiefstuk' en 'achterham' aangetroffen. Typisch producten die helemaal niet worden verhit door de consument of waarvan het niet de bedoeling is ze doorbakken te serveren. Nu zou het bij de 'ham' best kunnen dat hij eerst wordt geboetseerd uit losse vleessnippers en daarna gekookt, maar als consument hoef je van de wetgever niet eens te weten welke 'technische hulpstoffen' zijn benut, laat staan dat wordt uitgelegd welk procedé wordt gevolgd om je een rad voor ogen te draaien, want namaakbiefstuk en namaakham verkopen is en blijft een vorm van oplichting.

Het Europees parlement deelt die mening en dat heeft ertoe geleid dat vleeslijm niet in alle lidstaten is toegestaan. Nederland behoort echter tot de landen die gebruik reeds hadden goedgekeurd. Volgens twee Nederlandse Europarlementariërs (SP en PvdA) is gebruik van trombine behalve misleidend ook gevaarlijk , "Trombine lijmt niet alleen vlees, ook bacteriën hechten zich er makkelijker aan''.

----
Er zijn twee methoden om vleesdelen koud aan elkaar te laten hechten, te weten Fibrimex methode (hechting wordt tot stand gebracht tussen Fibrinogeen en Thrombine) en de Activa methode (hechting wordt tot stand gebracht door Transglutaminase en caseïne).
Fibrinogeen en thrombine zijn van dierlijke herkomst (voornamelijk uit runderplasma); deze twee stoffen spelen een belangrijke rol bij het herstellen van bijvoorbeeld een wond.  Deze twee stoffen reageren met elkaar en vormen een netwerk wat stevig genoeg is om vlees aan elkaar te hechten. Bij overdosis van de ene component ten opzichte van de andere gebeurd er verder niets bijzonders, ze kunnen alleen met elkaar reageren. En in ons lichaam (maag/darm systeem) zijn deze stoffen niet afzonderlijk beschikbaar om mee te reageren.
Transglutaminase is veelal afkomstig van micro-organismen en met het caseïne (afkomstig uit melk) vormt dit een complex netwerk. Transglutaminase blijft bij overdosering zijn werkzaamheid behouden totdat het gereageerd heeft met bv. caseïne. Bij consumptie van voeding waar caseïne in aanwezig is, zou zoiets nog kunnen gebeuren. Maar dan reageert de transglutaminase met het caseïne en niet met iets anders.
Echter de meeste zo niet alle producten die op deze gehecht zijn, krijgen of op een productielocatie of bij de consument nog  een hittebehandeling. Deze hittebehandeling zorgt ervoor dat deze enzymsystemen onwerkzaam worden. 


Toevoegen van stoffen zoals thrombine of fibrimex en daarbij behorende hoeveelheid andere stoffen kan een producent laten vallen onder technische hulpstof. Etikettering hiervan is (nog) niet verplicht. Echter het zou kunnen zijn dat de dierspecies van de gebruikte materialen anders is dan het product waar het in gebruikt wordt (bv zalm) en dan dient dit wel te gebeuren. Bij het gebruik van transglutaminase en caseïne is het, zeker in verband met mogelijke allergene reactie van caseïne, de vermelding in de allergenenlijst verplicht.

----

* Dat van die "huisvrouw" heb ik echt niet zelf verzonnen, en laat ik verder liever over aan de feministisch ingestelde medemens (m/v).

maandag 17 oktober 2011

Neanderthalers met smoothies

Mijn bijdrage aan de bonenestafette, een foto van twee pronkbonen
Vandaag viel mijn oog op een mailtje met als titel "4 reasons you shouldn’t eat grains". Ik las het met een half oog, dacht aanvankelijk dat het over bonen ging omdat ik gisteren iets had gedaan in het kader van de bonenestafette.

Langzaam drong echter tot me door dat het inderdaad over graan ging, dat spul waar ze brood van maken en pasta en taarten en pepernoten en knödel en gnocchi... Altijd gedacht dat dat toch de onschuld zelve was, maar daar blijkt weer niks van aan. Je wordt er DIK van. Schijnt heel erg te zijn, dat 'dik'.

De schrijver van het artikel begint vervolgens een queeste naar een graanvrij leven, het zogeheten paleodieet. Dat had hij uit een boek. Als ik eerlijk ben, had ik een ander, romantischer idee bij dat paleodieet. Dat zal wel komen omdat ik het platteland bevolk. In elk geval zag ik de moderne neanderthaler niet direct voor me lurkend aan een smoothie of hopen suiker wegwerkend.

Door het lezen van een tweede boek ontdekte onze briljante voedingskundige namelijk dat het verorberen van bergen suiker en smoothies (alles met weglating van brood en/of pasta) niet de weg was naar een slanke taille.

Zoiets stemt me toch een beetje treurig, zoals zijn hele zoektocht me niet veel vrolijker maakte. Hij hobbelde al etend en zwetend van de ene ontgoocheling naar de andere. Jammer ook omdat het bij mij tot de trieste constatering leidde dat dat paleodieet helemaal geen vrolijke boel was van mannen en vrouwen op blote voeten en in berenvellen, die bij een lekker vuurtje onbeschaamd zaten te kluiven aan onbeschoft grote bouten. Alles uiteraard rijkelijk begeleid door forse hoeveelheden wijn in bonkige kroezen, nappen, hoorns en schedels. Niks van dat alles. Het is weer de zoveelste variant van de zuinig kijkende weightwatch-adepten met een chronische gebrek aan zelfrelativering.

Zou het niet gewoon veel gezonder zijn om gevarieerd en vooral lekker te eten in plaats van eten en/of voedsel in te zetten als middel om te komen tot een stuk zelfontplooiing naar de medemens toe of iets anders heel ergs. De vraag stellen is hem beantwoorden.

Opmerkelijk overigens dat de schrijver het niet na kan laten Oscar Wilde aan te halen met zijn uitspraak, "Als met mate, inclusief matigheid". Dat lijkt mij een rake observatie.

vrijdag 14 oktober 2011

Slagers 2

Hoezo ambachtelijk? Grootschalig industrieel, da's pas mooi!
Je bent in dit land pas echt ingeburgerd als je weet dat je mbo-opleidingen kunt volgen voor onder andere nagelstyliste, horecaportier, professionele weddingplanner, gastronoom/sommelier, patissier, evenementenmanager en vrijetijdskundige. Als je dan ook nog weet dat je in dit land geen mbo- of hbo-opleiding tot slager kunt volgen, krijg je een tien met een griffel.

Dus stel dat je een kind hebt dat ineens het licht ziet en zegt, 'Pap, ik word later slager, lijkt me mooi.' En stel dat dat kind het best goed doet op school, dan moet je gaan uitleggen dat hij dan bij een goede, ambachtelijke slager moet gaan werken. Dan kan hij naast zijn baan een opleiding volgen tot slager op niveau BBL (ongeveer het laagste mbo-niveau wat er is). Daarna zijn er wel zwaardere modules en kan je eventueel ook leren uitbenen, vliezen, maar je kunt niet zoals de styliste van nagels en de professionele planner van huwelijken gewoon in drie of vier jaar op een school doorleren voor professioneel slager, meesterslager of hoe het ook zou moeten heten. Laat staan dat er een hbo-opleiding voor het slagersvak bestaat.

Een bijkomende complicatie is dat de ambachtelijke slagers in rap tempo uitsterven en de weinigen die er nog zijn hebben meestal geen tijd om iemand aan te nemen die nog helemaal niks kan. Dan hebben de supers het een heel stuk makkelijker, want voor hen volstaat dat eigenlijk wel. Personeel op de vleesafdeling hoeft niet veel te kunnen. Het vlees wordt aangeleverd door vleesverpakkers die mensen in dienst hebben die de hele dag niks anders doen dan bijvoorbeeld achtervoeten uitbenen of ze staan als procesoperator achter de hamburgerband. Zeg maar uitdagend, leuk, afwisselend, zinvol, motiverend...

De vraag is, wat doen we er aan?


Slagers

Door omstandigheden - soms is het raadzaam vaag te blijven - ben ik op zoek naar een andere slager. Zo kwam ik terecht bij een slager in Ottoland, die tot het uitstervende ras der zelfslachtenden behoort. Voor mij is dat ongeveer naast de deur. Hij, Bert Vlot, bleek niet zomaar een slager, maar eentje met landelijke faam en zodoende komt hij ook voor in het boek 'De perfecte steak', van Marcus Polman. En, heel on-Alblasserwaards, daar is hij ook best trots op.

Hoe langer we praatten, hoe enthousiaster ik werd en volgens mij raakte Bert ook steeds enthousiaster over MijnKoeJouwKoe. Maar helaas maakt hij al werkweken van 100 uur en dus wil hij wel voor ons slachten, kunnen we ook zijn ruimte en vriescapaciteit gebruiken, maar voor uitbenen en portioneren heeft hij geen tijd. Voor workshops wil hij trouwens ook graag tijd vrijmaken.

De visie van Bert past voor 100% bij die van ons. Zo koopt hij niks van anderen en als hij vlees tekort komt voor zijn gehakt draait hij gerust een entrecote door het gehakt.

Maar hij wist wel iemand die me wel uit de brand zou kunnen helpen. Een slager die met een truck bij de mensen thuiskomt of naar restaurants rijdt en daar ter plekke, naar de wens van de klant gaat uitbenen en portioneren. Toevallig bleek dat de zoon te zijn van de beste slager die ik ooit heb meegemaakt (Rob van der Elst, Rotterdam-Kralingen). Zie ook een vorige blog. Dus volgde er een lang telefoongesprek over de mogelijkheden en onmogelijkheden. Maar helaas bleek ook Robert een eenpitter te zijn die al onverantwoord veel uren maakt, blij is dat zijn vader regelmatig bijspringt en eigenlijk wel graag iemand erbij zou willen hebben.

Echter, de huidige  opleidingen leveren geen mensen meer af die het hele vak beheersen. De slagersvakopleidingen hebben, op verzoek van het grootwinkelbedrijf, het onderdeel uitbenen geschrapt. Logisch, dat is niet nodig binnen de vleesafdelingen van de supermarkt. De zelfstandige slagers hebben dat wel nodig, maar wie zit daar nou op te wachten? Het grootwinkelbedrijf in elk geval niet. Dus als over een paar weken zelfs in een stad als Dordrecht geen enkele slager meer is te vinden, ligt dat niet alleen aan de klanten.

Uiteraard heb ik contact gezocht met het SVO, dat de opleidingen verzorgt, maar ik heb daar nog niemand bereikt. wordt dus vervolgd.

woensdag 5 oktober 2011

Ze doen iets in ons eten...

Er is in Amsterdam wat ophef ontstaan rond het feit dat de gemeente Amsterdam en Nestlé een convenant hebben getekend voor een gezonde jeugd. In Langerak (Zuid-Holland) is er eveneens ophef ontstaan (één persoon) rond het feit dat Albert Heijn daar de schooljeugd mag informeren over gezonde voeding en elders in het land openen wethouders van Onderwijs filialen van McDonald's (geen berichten over ophef bekend).

Dat deze convenanten worden getekend is an sich al vreemd, maar nog vreemder is het dat de betreffende wethouders en de directeur in kwestie niet worden ontboden voor een verhelderend gesprek over hun drastisch gewijzigde carrièreperspectief. Een gesprek met een schooldirecteur over Albert Heijn als onaantastbare voedsel- en warenautoriteit stuitte slechts op een hologige blik en volgens mij maakte de man in kwestie een 'mental note' met als sleutelwoorden "gevaarlijke gek", "jeugdzorg", "spanlaken" en/of "relict uit een ver verleden".

Het lijkt of niemand zich meer druk maakt over het feit dat de vos wordt gevraagd om op de kippen te passen. Of denken we nu echt dat AH of Nestlé onze bloedjes van kinderen objectief gaan informeren over hun eetgedrag. Zien we het echt gebeuren dat Nestlé de consumptie van Nesquick (per glas goed voor 26% van de dagelijkse suikerbehoefte) ontraadt? Dat ze zeggen, "Laat de KITKAT, LION, NUTS, ROLO en SMARTIES maar eens een maandje achterwege."

Denken we soms dat, als gevolg van de kredietcrisis of de opwarming van de aarde, kwartaalcijfers en winstmarges van ondergeschikt belang zijn geworden, dat de targets van de productmanagers en divisiedirecteuren zijn gewijzigd in gezondheidsdoelstellingen en grenzeloos altruïsme? Ik heb zo mijn twijfels..

Dat dit alles zo maar kan passeren, dat niemand zich er druk over maakt kan maar één ding betekenen. Ze doen iets in ons gemaksvoedsel en dan doel ik niet op de gebruikelijke vulmiddelen, emulgatoren, zuurteregelaars, smaakversterkers, zout, suiker, surrogaten, plakmiddelen, vreemde eiwitten, productverbeteraars, conserveringsmiddelen en wat dies meer zij, maar iets farmaceutisch, wat ons dociel en volgzaam maakt. Iets anders kan ik voorlopig niet verzinnen.

Noten

Sommige delen van de tuin zijn haast onbegaanbaar. Bij elke stap kraakt er een noot onder je voeten. Ik heb al ernstige pogingen gedaan om walnoten om te zetten in walnotenolie, maar ondanks de Piterba oliepers is dat een moeizaam proces. Het leidde overigens wel tot heerlijk ruikende pulp.

Die pulp herinnerde me aan heel erg lekker koekjes die ik ooit, heel lang geleden heb gemaakt. Het is een recept uit Mastering the Art of French Cooking van Jullia Child en Simone Beck. En omdat ik wel wat beters heb te doen vandaag, heb ik het maar even vertaald en bewerkt.

Les Croquets Denison
50 gr walnoten
50 gr geroosterde hazelnoten of geblancheerde amandelen
- amandelen groeien niet in mijn tuin en vandaar dat ik de voorkeur geef aan hazelnoten -
100 gr poedersuiker
1,5 tl kirsch
de geraspte schil van een halve citroen
2 à 3 eetlepels eiwit

Maal alle noten fijn in een blender en doe ze over in een kom. Voeg de suiker, kirsch, citroenschil en twee eetlepels eiwit toe. Doorroeren - met een pollepel of in een keukenmachine - tot er een stevige massa is ontstaan waarvan balletjes gerold kunnen worden. Lukt dit niet en blijft het geheel te 'zanderig', voeg dan extra eiwit toe. Als het mengsel te slap is daarentegen, voeg dan extra noten en poedersuiket toe.

Verwarm de oven voor op 150ºC.

2 eiwitten in een kommetje
50 gram poedersuiker op een bord
cupcakevormpjes van bakpapier of gewoon bakpapier

Klop het eiwit los met een vork. Maak balletjes van het mengsel. De balletjes worden bij het bakken tweemaal zo groot, vorm dus niet te grote balletjes. Rol de balletjes door het eiwit en daarna door de suiker. Doe ze in de vormpjes of leg ze op het bakpapier (op een ovenplaat). Bak ze 15 tot 20 minuten in het midden van de oven en laat ze afkoelen.

In een luchtdichte doos of trommel bewaren of invriezen schijnt te kunnen - zelf geen ervaring mee.


donderdag 29 september 2011

Van minder naar meer boeren

De varkens van Livar: geen stoppen aan
Het was maar een klein artikel in de krant. Per dag stoppen zes Nederlandse boeren met hun bedrijf. Is dat zorgelijk en vraagt dat om meer aandacht van de media?

Ik denk het eigenlijk wel. Het betekent immers dat het aantal bedrijven dat overblijft steeds groter wordt. Het land van de stoppende boeren zal in de meeste gevallen niet in het niets verdwijnen, maar wordt overgenomen door bedrijven die de concurrentieslag nog wel denken aan te kunnen, door gemeentes die nog steeds inzetten op Vinexwijken en bedrijfsterreinen of robuuste infrastructuur geschikt voor 130km/u. Er zal ook best wel wat 'worden teruggeven aan de natuur', maar onder het regime van Bleeker c.s. moeten we daar maar geen al te rooskleurige verwachtingen over koesteren.

Het is ook zorgelijk omdat de meeste bedrijfssluitingen gepaard gaan met veel menselijk drama. Je bedrijf opdoeken bij gebrek aan perspectief of opvolging (ook dat heeft vaak te maken met weinig perspectief) is al nooit leuk, maar het wordt allemaal nog een graadje erger als het ook betekent dat je het huis waar je ouders en grootouder hebben gewoond, moet verlaten.

Tenslotte vrees ik dan ook nog dat de nieuwe schaalgrootte weinig goeds betekent voor de diversiteit van het aanbod en de kwaliteit van natuur en landschap, want ook dat heeft vaak veel te maken met diversiteit.

Ik hoop echt dat initiatieven als stadslandbouw of consumer supported agriculture het tij kunnen keren, dat het daarmee nieuwe perspectieven opent voor boeren die geen zin hebben in uitbreiding na uitbreiding. Boeren die geen zin hebben in een leven als onderdeel van een keten waarin zij slechts een van de schakeltjes vormen opdat ze zich volledig kunnen toeleggen op optimaal efficiënt produceren want daar heeft uiteindelijk alleen de handel echt profijt van.

Het zou heel mooi zijn als er naast de huidige trend van steeds groter en steeds homogener, een nieuwe trend ontstaat die haar oorsprong vindt bij burgers die behoefte hebben aan producten die weer smaken zoals ze horen te smaken, producten ook die best afwijkende maten en vormen mogen hebben en geen oneindig lange 'shelf life'. Die trend zou leiden tot een toename van het aantal 'kleine' boeren met een beter perspectief als gevolg van betere marges dan wat ze momenteel kunnen krijgen.