dinsdag 11 november 2014

De ene slak is de andere niet

Wij vroegen ons al langer af hoe dat nou zit met die slakken. We waren altijd gewend slakken te eten die er niet als slak uitzagen. Eerlijk gezegd viel ons dat pas op toen we een keer slakjes kregen geserveerd in het Spaanse Lleida. Die waren stukken kleiner, moesten met wat hardhandige handvaardigheid uit hun huisjes worden gezet en... ze leken op slak.

Ze beschikten over een kurkentrekkervormig achterlijf (logisch), een voet en een kop. De 'slakken' die we gewend waren daarentegen leken qua anatomie nog het meest op een legoblokje. Zoals wel vaker in de verbijsterende wereld die voeding heet zit hier toch wel weer een opmerkelijk verhaal achter.

Dozijn
De gangbare slakken, meestal te koop in van die elegante blikjes, zijn van de soorten Helix Lucorum (Turkse Grote) of Achatina (Agaatslak), slakken die in de natuur geraapt worden of in Oost-Europa op industriële wijze worden gekweekt. De Spaanse slakken die we aten waren van een lokale soort die eveneens buiten wordt geraapt.

Inmiddels zijn er in Nederland wat professionele slakkenkwekers (vier stuks) die de oorspronkelijke wijngaardslak op een al dan niet duurzame wijze zijn gaan kweken. Dit betreft - voor de biologen onder u - de Helix Aspersa Maxima, ook wel Gros Gris genoemd. Dit is een zeer smakelijke variant van de bekende wijngaardslak.

Door het gecontroleerde kweekproces zijn alle slakken van dezelfde leeftijdsgroep en dus allemaal even mals. Bovendien weten de kwekers precies wat ze hebben gegeten. Met name de Achatina wordt zo groot dat hij onmogelijk in het huisje van een wijngaardslak past, vandaar dus dat deze in stukjes wordt gesneden en uw "dozijn slakken" kan bestaan uit één slak die in twaalf stukjes is gesneden.

bron: o.a. 't Slakkenhuys

Geen opmerkingen:

Een reactie posten