dinsdag 30 augustus 2011

Vegetarische ham

Je zou je er bijna boos over maken, maar bij nader inzien is dat nergens voor nodig. Zeg tegen mij schouderham en ik ben volgaarne bereid om schuimbekkend te oreren over consumentenbedrog en laaghartige schurken, maar vegetarische ham, dat mag van mij.

De reden is vrij simpel. Ik ben van mening dat iedereen die niet comateus is, weet dat ham afkomstig is van een dier en dus dat vegetarische ham geen perfide poging is om ramsjvlees te verkopen tegen een onnatuurlijk aantrekkelijke marge. Er wordt zelfs geen poging gedaan om de indruk te wekken dat het gaat om vlees. Dus als je vegetarische ham koopt, dan koop je bewust iets raars en als je na consumptie beteuterd roept dat het helemaal geen ham was en best wel vies, reken dan niet op mijn medelijden. Zo kan ik ook geen compassie voelen voor mensen die aan piramidefondsen meedoen en dan bedrogen uitkomen. Ja sorry, maar ik ben van nature een hardvochtige plurk.

Zo vind ik overigens ook dat je op een colafles geen label hoeft te plakken om duidelijk te maken dat er veel suiker in zit en het geen bijdrage vormt aan een gezonde of sportieve levensstijl. Van gebak weten we ook dat je dat niet elke dag moet eten. Maar dat weet ieder normaal mens.

Zo snap ik tevens niet waarom rookwaren worden ontsierd met potsierlijk waarschuwingen over de nadelige effecten van roken. Mensen die dat nu nog niet weten kunnen hoogstwaarschijnlijk niet lezen en dus is dat je reinste symboolpolitiek. En kennelijk leidt het ook niet tot lagere omzetten, want van enig verzet onder de sigarettenfabrikanten is niks merkbaar.

Maar waar ik niet goed tegen kan zijn pogingen om winstmarges te verhogen over de ruggen van consumenten en primaire producenten heen. De industrie noemt zulke 'inspanningen' waardevermeerdering, maar meestal is precies het tegendeel het geval. Goede ingrediënten worden vervangen door goedkopere van matige kwaliteit en om het kwaliteitsverlies te verhullen wordt kwistig gebruik gemaakt van suiker, zout en andere smaakversterkers, aroma's etc. Daarnaast wordt de verpakking opgeleukt met gezellige exotische moekes, noeste arbeiderstypes, arcadische landschapjes en een jong gezinnetje of wat. De volautomatische productielijn wordt vervolgens ingesteld op "ambachtelijke uitstraling" en meuk wordt leuk, althans voor de aandeelhouders.

maandag 29 augustus 2011

De gemankeerde nicht

Lang, heel lang geleden, toen ik nog in Rotterdam woonden, had ik een heel fijne slager aan de Oostzeedijk Beneden. Het was een genot om die man zijn werk te zien doen. Ooit vroeg ik daar om een pakje boter. Tot mijn schrik vroeg het meisje dat me hielp of ik Rama en Brio wilde. Eerlijk gezegd bevroor ik een beetje, maar voor ik weer over mijn spraakvermogen kon beschikken, kwam de vrouw van de slager tussenbeide. Ze zei tegen het meisje, ‘Deze meneer eet alleen maar roomboter’.

Dit is natuurlijk maar een onschuldig voorbeeld. Niet iets waar je je druk over kunt maken. Hele volksstammen zeggen boter als ze mar-ga-ri-ne bedoelen. Ach, al die woorden met meer dan twee lettergrepen ook. Het zijn toch een beetje franjewoorden, die niet echt passen bij ons gekoesterde no-nosense-imago. Maar dat je soms een heel artikel in de Volkskrant moet lezen om pas aan het einde te kunnen constateren - het vermoeden was reeds nadrukkelijk aanwezig - dat de auteur het verschil tussen margarine en boter niet kent, dat stemt toch wel wat mismoedig.

Iets soortgelijks doet zich voor bij banketstaven. Iemand of iets heeft ooit besloten dat de banketstaaf, waarvan de gemiddelde Nederlander denkt dat het een baksel is op basis van roomboter met een vulling van (zuivere) amandelspijs, zowel roomboterloos of amandelloos dient te zijn. Dus als ik als gemiddelde Nederlander - niet flauw gaan lachen nu - een banketstaaf wil hebben met roomboter en amandelen als hoofdbestanddelen, moet ik op mijn allernuffigst, als een soort gemankeerde nicht vragen om een roomboter/amandelstaaf.

Waarom is dat zo vanzelfsprekend, waarom leidt zoiets niet tot een volksopstand? Waarom moeten wij ons aanpassen aan de grillen van de middenstand? En dan heb ik het echt niet per se over die aardige meneer van de buurtsuper of de laatste eigenhandig inkopende of zelfslachtende groenteboer respectievelijk slager. Ik stoor me met name aan de multinationale ondernemingen waar de scepter wordt gezwaaid door mannen met MBA achter hun naam en een inkomen dat per jaar meer is dan de staatsschuld van een middelgroot Afrikaans land.

Dat inkomen moet zo hoog zijn omdat ze anders met z’n allen ergens anders gaan uitvogelen hoe ze de aandeelhouderswaarde kunnen maximaliseren en de klantwaarde kunnen minimaliseren. Gek genoeg zou ik dat helemaal niet zo’n ramp vinden. Wij hebben hier zo langzamerhand wel genoeg Egyptische plagen op culinair gebied moeten doorstaan.

Het moet maar eens uit zijn met al die frommelproducten. Laten we maar eens lekker beginnen met ons nationaal culinair erfgoed. Zeg de gevulde koeken, amandelstaven, stroopwafels en al die andere typisch Hollandse baksels waar roomboter in hoort en/of amandelspijs, maar waarbij de regel is dat dat er helemaal niet inzit. Goudse kaas idem dito. Als dat niet uit de directe omgeving van Gouda komt, dan is er sprake van klantbedrog en dus van een economisch delict. Amandelspijs vervangen door iets op basis van witte bonen of soja met een synthetisch smaakje? Schouderham verkopen of achterham die bestaat uit aan elkaar gelegpuzzelde vleesfantasie? Laten FIOD en ECD maar een inval doen. Waar hebben we die lui anders voor?

Flexitariër Rex

Natuur & Milieu doet haar best om mensen te bewegen flexitariër te worden. Een nobel streven al doet de term me erg denken aan - gelukkig* - reeds lang uitgestorven heel enge besten. Vandaag heb ik voor het eerste een blik geworpen op hun website.

Het stemde me niet heel erg vrolijk, als ik eerlijk ben, zelfs geen sikkepit vrolijk. Op die website is een zogenaamde winkel, met alle mogelijke producten voor flexitariërs. Dat is een goed idee, want minder vlees gaan eten is en blijft een hele opgave. Naast plantaardige producten biedt de virtuele winkel 'deels dierlijke' producten aan. Uiteraard stelde het me teleur dat er geen categorie 'dierlijk' was, want een flexitariër is geen vegetariër en als je dan tóch vlees eet, doe het dan goed.

Enfin, toch maar een blik geworpen op de deels dierlijke producten. De selectie lijkt een doorzichtige poging om mensen voorgoed te laten afzien van het eten van alles waar vlees in zit. Wat een treurigheid. Leverworst en grillworst waarbij een deel van het vlees is vervangen door iets plantaardigs. Het voordeel schijnt bovendien te zijn dat er minder vet in zit. Het komt mij voor als sompig barakkenvoer.

Wat verder heel bedenkelijk is, is dat het producten zijn waarvoor gebruik gemaakt wordt van separatorvlees. Ik zou zeggen dat een echte flexitariër zijn best moet doen een positieve bijdrage te leveren aan de Nederlandse eetcultuur. Dus minder vlees, maar dan wel beter. Dus zeker geen vlees kopen met een totaal onduidelijke herkomst. En als je dan vlees eet, doe het dan in een pure vorm, weet waar het vandaan komt, weet dat de dieren goed zijn behandeld, er geen gebruik is gemaakt van antibiotica als groeibevorderaar, dat de boer een eerlijke prijs heeft gekregen enzovoort.

Ik heb Natuur & Milieu dus voorgesteld om als extra categorie toe te voegen 110% dierlijke producten. Dat is natuurlijk een doortrapte en opzichtige manier om MijnKoeJouwKoe en De VrijeKoe te promoten, maar ik kan daar dan ook acht achter staan. Bovendien streven we er ok echt naar om mensen minder vlees te laten eten - zie ook de recepten - want we hopen dat deelnemers straks liever geen vlees eten dan vlees van een andere dan hun eigen koe.


*- Mijn jongens denken daar heel anders over

zaterdag 27 augustus 2011

Landskrona 1984

Cavalerie gericht in actie tegen frietkot
De Zweedse stad Landskrona wil een rookverbod invoeren voor thuiswerkende ambtenaren. Het gaat om een uitbreiding van het bestaande verbod. Ambtenaren mogen al niet roken tijdens diensturen op kantoor, buiten op de stoep of tijdens pauzes.

Sommige mensen lijken het geen gek idee te vinden, maar volgens mij is dit een rammelend idee, voor zover je het al een idee mag noemen. Want aan de ene kant geld verdienen - als overheid - aan tabak en aan de andere kant mensen thuis gaan controleren op gebruik van diezelfde tabak? Lijkt een beetje schizofreen, om niet te zeggen hypocriet.

Opgemerkt werd dat het toch geen betutteling kan heten omdat we helm- en gordelplicht in het verkeer wel wenselijk en acceptabel vinden. Daar valt weinig tegen in te brengen. Behalve misschien dat je als bestuurder of passagier zelf lang niet altijd schuld bent aan een verkeersongeval.

De roker echter weet in honderd procent van de gevallen dat zijn hobby of, tot verslaving uitgegroeide, gewoonte nadelige gevolgen heeft voor zijn gezondheid en dat de kans heel groot is dat het hem een aantal jaren van zijn leven kan kosten. Hij of zij neemt dat voor lief. Vanuit die optiek valt het te billijken dat de overheid de extra gezondheidskosten die dat oplevert probeert terug te verdienen.

Maar stel dat we besluiten het voorbeeld van Landskrona te volgen, dan denk ik dat het hek van de dam is. De dienst die de invallen uitvoert om thuiswerkers te controleren op nicotinegebruik kan snel worden uitgebreid met een tak die depressieven beboet die zich in de buurt van brug, spoor of water bevinden. Controles op gezonde eet- en leefpatronen kunnen dan niet lang meer uitblijven en wat te denken van het management en de medewerkers van fastfoodketens, conveniencefood producenten en de uitbaters van frietkotten.

Kortom, best een goed voorstel van die Zweden, maar laten ze  er nog even over nadenken en liefst door anderen dan de bestuurders in deze Zweedse stad.

Mij lijkt het dat zorgen dat mensen wéten dat een gewoonte of hobby dodelijke gevolgen kan hebben of kan leiden tot ernstige en langdurige aandoeningen een veel betere route is. Zoals veel mensen de totaal ongefundeerde illusie hebben dat hun feilloze rijstijl garant staat voor veilig thuis komen, zo kunnen veel mensen zich al evenmin voorstellen dat het voedsel dat ze bij de supermarkt kopen kan leiden tot nierfalen, suikerziekte en depressiviteit. Zij kunnen zich simpelweg niet indenken dat een verantwoordingsvolle, zorgzame en oprechte overheid zoiets zou toestaan. De fabrikanten van die spullen weten dat de werkelijkheid anders is en dat goedbedoelde wetten nogal ruwmazig zijn. Dus laten we eerst dat maar een aanpakken voordat we vreedzame doch rokende thuiswerkers in hun eigen huis in de boeien gaan slaan.

vrijdag 26 augustus 2011

Authentiek gethermiseerd streekproduct

Paniek in de burelen van Campina, Frico en andere producenten van smakeloze fabriekskazen. De Bond van Boerderijzuivelbereiders (BBZ) blijkt ineens serieuze plannen te hebben om hun geografische traditionele specialiteit Boerenkaas, met haar unieke smaak te gaan pasteuriseren zodat het kenmerkende karakter van deze kaas verdwijnt. Daar móet meer achter zitten, zo denken zij, het is vast een ouderwets staaltje van boerenslimheid waar zij als simpele marketeers nooit aan gedacht hebben.

Bij de bereiding van Boerenkaas mag de temperatuur van de melk niet boven de 40ºC komen. Dan blijft de melk rauw. Dit staat beschreven in de GTS (Geografische Traditionele Specialiteit) die de Nederlandse Boerenkaas heeft. De Bond van Boerderijzuivelbereiders (BBZ) heeft nu echter een aanvraag lopen bij het ministerie van EL&I om hier "ongepasteuriseerd" van te maken in de omschrijving.

In de praktijk betekent dit dat de melk wordt 'gethermiseerd' tot 62ºC, dat maakt dat het proces makkelijker te managen is en dat de kaas smaakt als een soort fabriekskaas. De BBZ wil dat derhalve de Europese bescherming wordt aangepast, zodat hun kaas nog steeds een GTS mag heten en ook door mag gaan voor 'boerenkaas".

Een aantal kleinere boerenkaasmakers is het daar niet mee eens en wil vast houden aan echt rauwe melk. Uiteraard is dat de enige juiste weg. Concessies doen aan de smaak is en blijft in een geval als dit een soort uitgestelde zelfmoord. De klant zal producten met de naam boerenkaas gaan wantrouwen, de waarde van een GTS wordt nog minder en de aandeelhouders van Campina kunnen tevreden zijn. Met zulke vijanden hebben ze geen vrienden meer nodig.

Polderaard als we zijn, hebben de kleine kaasmakers nog een compromis voorgesteld. De gethermiseerde boerenkaas mag er wel komen, maar dan moet wel worden duidelijk gemaakt dat het gethermiseerde kaas betreft en het GTS-label zouden ze dan ook niet mogen voeren.

Hoe gaat dat eruit zien?


Zo ziet boerenkaas er nu ongeveer uit. Met een klein label waaruit blijkt dat het een GTS is. Volgens de echte boerenkazers zou dat blauwe label groter en duidelijker moet worden zodat de klant meteen kan zien dat het een GTS is.

De andere boerenkazers, die smaak toch net iets minder relevant vinden willen dat hun kaas er net zo blijft uitzien ook al is er aan hun kaas weinig traditioneels meer. De echte rauwmelkse boerenkazers willen dat de onechte er gaan uitzien als de onderstaande kaas.
Dat de melk wordt gethermiseerd moet met kleine lettertjes worden aangegeven. Ik denk dat dit geen compromis is, maar een capitulatie. Denken we nu echt dat de klant dit kleine bijschrift opmerkt of begrijpt?

Mijn voorstel zou zijn om het weer nét iets anders te doen. Ik heb namelijk iets tegen kleine lettertjes. Dus als die kaasmakers zo graag een nieuwerwetse innovatie willen introduceren, dan graag met een beetje tromgeroffel.

Ik realiseer me dat het er een beetje uitziet als de waarschuwing op een pakje sigaretten. Maar wat mij betreft mogen ze ook een geheel nieuwe benaming kiezen voor hun kaas. Ik denk hierbij aan iets als imitatie fabriekskaas, surrogaatboerenkaas.

woensdag 24 augustus 2011

Half leeg is beter! - aflevering II

Geheel tegen onze volksaard in vinden wij Nederlanders dat we vooral telkens het goede moeten benoemen. Dat is ook de verdedigingslinie van Ik-Kies-Bewust wanneer je ze vraagt waarom ze producten met 18% suiker een Gezonde Keuze noemen. Eerst zat er namelijk 2% meer in en dus doen ze het nu beter dan voorheen en, 'Zoals elke goede pedagoog u kan vertellen: Het is beter om goed gedrag te belonen, dan slecht te bestraffen. Dat bent u toch wel met mij eens, meneer Van Nek.'

Uiteraard was ik het daar helemaal niet mee eens, vooral omdat goed gedrag toch echt iets anders is dan een beetje minder slecht. Maar wat pas echt wrang is, is dat het door deze opstelling vaak lijkt of het bedrijf dat 10 minder suiker toevoegt aan een product waar helemaal geen suiker in thuishoort of wat de suiker vervangt door aspartaam of een andere zoetstof, beter lijkt dan het bedrijf dat zich nooit schuldig heeft gemaakt aan sluipsuiker.

Het is daarmee, 'Zoals elke betere pedagoog u zou kunnen vertellen, mevrouw Van Dorp',  alsof je de klierige kleuter die zich een keer wat minder slecht gedraagt beloont met snoep en het kind dat altijd door dat joch werd gepest negeert. Anders gezegd, bedrijven die het gewoon goed doen - dus niet beter dan eerst - worden op een onrechtvaardige achterstand gezet.

Bovendien zet het consumenten op een verkeerd been. Je denkt toch al gauw dat een 'bewuste keuze' gezond is en niet slechts een beetje minder ongezond. Zo denk je toch ook dat een kip met een ster van de dierenbescherming een beter leven heeft gehad (staat er immers met zoveel woorden op) en niet dat het snaveltje is afgeknipt en het om kippen gaat die hun kooi met 16 andere kippen moeten delen. Maar zo is het wel, al wil de dierenbescherming je dat niet laten weten. Als je hun teksten leest, leven de 1-sters-kippen in een weldadig kippenparadijs, waar zacht, natuurlijk zonlicht, natuurlijk strooiselmateriaal in een Rembrandtesk strijklicht zet. Ook hier heerst namelijk het dogma dat je vooral het goed moet benoemen...

Half leeg is beter! - aflevering I

De duurzaamheidsmonitor (vleesvariant)
Hoewel wij Nederlanders een loodzwaar calvinistisch verleden met ons meetorsen, blijken we toch van mening dat je beter uit kunt gaan van half volle dan van half lege glazen. Ik geloof dat ik het daar vanuit het diepst van mijn hart niet mee eens ben.

Behalve dan als het gaat om duurzaamheid. Tja, ook ik heb mijn periodes van genuanceerdheid. Honderd procent duurzaam gaat namelijk niet. Dat is een bovenmenselijke of bovenbedrijfseconomische opgave. Daarnaast is het ook contraproductief. Ik kwam tot dit inzicht toen ik een plan uitwerkte voor een school die graag de indruk wilde wekken heel duurzaam te zijn. Ik heb toen een instrumentje ontwikkeld waarmee stagiairs bij hun stagebedrijf konden vaststellen hoe duurzaam daar werd gewerkt of hoe duurzaam bepaalde producten waren.

Als je daarmee bezig bent, dan realiseer je je dat het vrijwel onmogelijk is om aan alle criteria te voldoen en omdat er nogal veel criteria zijn, slaat de ontmoediging al snel om in een laat-dan-maar-zitten-attitude. Dus in dat geval is het beter om een bedrijf te prijzen voor dat ene product dat net dat stukje duurzamer is dan die andere, in de  hoop dat de rest volgt. Bedrijven moeten leren inzien dat duurzaamheid uiteindelijke de enige optie is en dat het een concurrentievoordeel oplevert in een wereld waarin steeds meer mensen overtuigd raken van het feit dat duurzaamheid een must is.

zaterdag 20 augustus 2011

Torta di nocciola

Deze (ronde) hazelnoot is nog niet rijp
Net lekker in de zon wat in de Volkskrant gebladerd. Omdat ik het niet laten kan, maar meteen naar Intermezzo om Loethes bijdrage te lezen. Deze week gaat het over noten. Over niet al te lange tijd zal het hier weer walnoten gaan regenen. 's Nachts hoor je ze de hele tijd in het grind of op de auto vallen.

Behalve walnoten heb ik ook wat hazelnoten en sinds vorig jaar komen daar heel veel noten vanaf. De  hazelnoten geven me minder hoofdbrekens dan de walnoten, want die laatsten laten zich vaal slecht bewaren. Vooral de grote exemplaren schimmelen heel snel.

Voor de afwisseling een taartrecept. Erg makkelijk om te maken en vergt het kraken veel geduld. Het recept vraagt om 200 gram geroosterde en fijngehakte hazelnoten en aangezien zo'n noot 2 à 3 gram weegt ben je dus wel even bezig. Pogingen om de bruine vliesjes te verwijderen leiden er bij mij meestal toe dat ik mijn handen brandt. Ik begin er altijd wel aan, maar het resultaat valt nogal tegen.

  • 200 gr hazelnoten - geroosterd en fijngehakt.
  • 100 gr gesmolten boter plus een beetje voor het invetten van de vorm
  • 200 gr zelfrijzend bakmeel en een beetje bloem om de vorm te bestuiven
  • 200 gram suiker - eventueel even in de blender fijner maken
  • 2 eieren
  • citroenrasp van een citroen
  • 0,5 dl melk
Stel de oven in op 180ºC en beboter een kleine taartvorm. Daarna een beetje bloem erin en het teveel eruit kloppen.

Het bakmeel in een beslagklom zeven. Maak een kuiltje in het midden en doe daar de rest van de ingrediënten in. Goed doorroeren met een pollepel, in de vorm storten, 30 minuten in de voorverwarmde oven plaatsen, als de koek goudbruin is uit de vorm halen en 15 minuten wachten. Dat laatste is niet makkelijk, maar wel de moeite waard.

vrijdag 19 augustus 2011

Van die dingen...

Godfried Bomans kon met overtuigend aplomb beweren dat het écht niet waar is dat beschuiten altijd met de besmeerde kant omlaag op het tapijt vallen. "Want laatst nog - maandag 23 februari 1939 - was er een beschuit die rechtstandig op het tapijt landde - Oranjebloesemstraat 31, Appelscha."

Dat zijn dus van die dingen waarvan je je afvraagt, moet dat nou? Waarom vallen die beschuiten vrijwel zonder uitzondering zó dat een harige beschuit het eindresultaat is. Zo als ook het document wat je zoekt bijna altijd onderop de stapel ligt, tenzij je onderop begint met zoeken, want dan ligt het 'toevalig' wél bovenop. Had dat niet iets beter geregeld kunnen worden?

Zo voerde ik vanochtend logeerkonijn Choco, hij logeert in de kippenren. Uiteraard gaf ik ook meteen de kippen hun 'gemengd graan gebrolen'. Het gevolg was dat het konijn zich vol overgave wierp op de zaadjes voor de kippen en niet omkeek naar zijn eigen bakje. Als de kippen vervolgens het konijnenvoer hadden opgegeten, was er niks aan de hand geweest, maar zo handig steekt het leven niet in elkaar. Voor zover kippen verbouwereerd kunnen kijken, deden ze dat.

Even later deed ik pogingen heb ik wat knoflookpulp door het kippenvoer te mengen, want ik had gelezen dat knoflookolie in het water goed werkt tegen bloedluis en ander ongedierte bij kippen. Dus had ik zelf met de piterba knoflookolie geperst en dan hou je uitgeperste knoflook over. De kippen drinken bij mij altijd uit de sloot, dus knoflookolie bijmengen is dan geen optie, dat werkt alleen voor de kuikens die nog wel uit een bakje drinken.

Terwijl ik die knoflookpulp door het voer mengde vroeg ik me af of het allemaal wel zin heeft. Want zoals de beschuit ALTIJD met de besmeerde kant omlaag valt, zetten de kippen vast geen snavel aan mijn curatieve pulp.

Overigens vroeg ik me inmiddels mismoedig af of knoflook sowieso helpt tegen bloedluis. En als het zo goed helpt, hoe zit dan dan met kippen die keukenafval eten van mensen die veel knoflook verwerken. Van die dingen dus, dingen die je je afvraagt, maar waarop nooit een antwoord komt.
 

maandag 15 augustus 2011

Deze windeieren zijn mede mogelijk gemaakt door...

Foodwatch Nederland organiseert evenals haar Duitse moederorganisatie elk jaar de verkiezing van het Gouden Windei  c.q. Goldene Windbeutel. Door middel van deze actie worden bedrijven aan de schandpaal genageld die zich schuldig maken aan creatieve marketing.

Creatieve marketing lijkt op creatief boekhouden, maar waar het creatief boekhouden is bedoeld om belastinginspecteurs en aandeelhouders om de tuin te leiden, wordt bij creatieve marketing consumenten  zand in de ogen gestrooid. Iets waar de gemiddelde inspecteur der belastingen en de aandeelhouder niet wakker van ligt.

Het is een nobel en goed instituut, dat Gouden Windei. Tegelijkertijd vraag ik me af of het niet te beperkt is. Wat mij namelijk altijd verwondert is dat het bedotten van consumenten iets lijkt te zijn straffeloos kan geschieden. Als de consumentenbond constateert dat 90 procent van de kipfilet in supers met water en varkenseiwit is geïnjecteerd, dan leidt dat tot één enkele kamervraag (letterlijk) en het antwoord dat het van de EU mag.

Als je namaakham wilt maken van aan elkaar geplakte stukjes vlees of varkensdelen die je aan de straatstenen niet kwijt kunt... geen probleem. Je mag zeggen dat je fabrieksproduct ambachtelijk is, ook al komt het uit een volledig geautomatiseerde fabriek. Voeg een homeopathische hoeveelheid van een gewild ingrediënt toe en je mag op je product zetten dat er bosvruchten in zitten (0.03%) of echte cheddar (3%). Je mag het ook best fruit-iets of zuivel noemen als het hoofdbestanddeel niets, maar dan ook helemaal niets met fruit of zuivel te maken heeft.

Het is ook geen enkel probleem om met een stalen gezicht te beweren dat het consumeren van snacks en mayonaise een bewuste keuze is die bijdraagt aan een betere gezondheid. Ook als het over dierenwelzijn gaat, kent de creativiteit geen grenzen. Een kip waarvan de snavel wordt afgeknipt en die zijn kooi (1 m2) met zestien andere moet delen krijgt een ster en heeft volgens het etiket een beter leven.

Wat mij aangaat wordt de competitie uitgebreid met het gouden slangenei voor de instituten en organisaties die hun diensten zo bereidwillig aanbieden aan bedrijven om hun creatieve marketing te faciliteren.

zondag 14 augustus 2011

Loss leaders en tattoo's

Mijn eerste tattoo, alleen onhandig dat ik geen Maria ken
Saaier kan haast niet, maar sorry, soms moet het. Op twitter loopt een discussie over het feit dat Cola goedkoop aangeboden kan worden omdat er veel geld verdiend wordt op gezonde producten - laten we zeggen groenten, fruit en andere landbouwproducten in hun onbewerkte vorm.

Ik volgde de discussie in de intellectueel uitdagende omgeving van een zwembad, waar ik me bloot en bekeken voelde omdat ik niet in bezit ben van tattoo's, piercings of andere vormen van semi-automutilatie. Even dacht ik dat het daardoor kwam dat ik er geen touw meer aan vast kon knopen.

Ik raakte van deze beweringen dus ernstig van slag omdat ik meende te weten dat er juist veel wordt gestunt met onbewerkte producten als zuivel en vlees. Bovendien werd beweerd dat Nederland het enige land is dat kruissubsidies toestaat.

Daarbij komt dat ik juist een stukje had geschreven over Colruyt, dat iets heel nobels doet door producten, die nog een dag houdbaar, zijn voor niks aan te bieden. Dan hebben we het dus over versproducten als sla. Maar dat zou dan weer betekenen dat Belgische cola duur is omdat het weggeven van sla wordt gesubsidieerd... en dus dat kruissubsidies ook in België zijn toegestaan.

Om mezelf even rust in mijn hoofd te gunnen en om toekomstig zwembadbezoek comfortabeler te maken, heb ik maar een tattoo laten zetten en een piercing laten aanbrengen.

Mijn eerste reactie was dat het niet gaat om kruissubsidies. Het probleem ligt bij de inkoop. Boeren en tuinders krijgen in het algemeen veel te weinig voor hun producten en dan komt omdat ze relatief kleine spelers zijn en ze dus geen vuist kunnen maken tegen de inkoopcombinaties. Daarnaast bieden ze hun producten 'anoniem' aan via grote zuivel'coöperaties', veilingen, slachterijen etc. Hun producten zijn dus geen merken, maar amorfe commodities waar klanten geen voorkeur voor uit kunnen spreken.

Dus als tuinder X niet aan A wil leveren, stapt A geruisloos over op Y en niemand die het merkt. Maar als Unilever of Vrumona niet meer aan A willen leveren omdat A te weinig wil betalen is het voorpaginanieuws. En natuurlijk is er geen super die het aandurft om het zonder Coca-Cola, Heineken, Nutella of Chicken Tonite te stellen.

Daarnaast mag elke ondernemer producten en diensten onder de kostprijs aanbieden. Het mag hier, maar ook in andere markteconomieën. Soms is het zelfs slim, maar als je het overdrijft ga je failliet enj dat mag ook.

Het idee is dat je klanten binnenhaalt met zulke stunts. Klanten die meteen ook producten kopen waar je wél aan verdient. Dit noemen ze loss leaders. Zoals Dick Veerman terecht opmerkt, 'Loss leaders zeggen niets over inkoopprijzen.' Het verschijnsel beperkt zich ook echt niet alleen tot 'gezonde' producten. Ook bier wordt veel in gezet als loss leader.


Wat echter wel een probleem is, is dat het verlies op bier voor rekening komt van de super en bij onbewerkte landbouwproducten ligt het bij de boer. Maar dat heeft niets te maken met het feit dat zijn producten worden ingezet als loss leader of juist als premium product, nee dat is een constante factor en een serieus probleem.

vrijdag 12 augustus 2011

Van de stadslandbouw en de apple

Het idee van stadslandbouw stimuleert mensen met een economische levensvisie om hun scepsis ruim baan te geven. Het kan niet uit, het levert te weinig volume op om ertoe te doen, je moet niet willen concurreren met de grote spelers, het is economisch niet duurzaam, we kunnen niet terug naar ot-en-sien, het is niet realistisch enzetera & etcovoort.

De argumenten zijn van een ontmoedigende logica. Daarnaast klinkt stadslandbouw van nature al als een contradictio in terminis.

De beschreven scepsis lijkt echter gebaseerd op de logica van de econoom die denkt dat mensen economische eenheden zijn die zich alleen laten leiden door rationeel-economische overwegingen. De logica van de econoom bij IBM die jaren geleden, schaterlachend, het idee van de PC naar de prullenbak verwees.

Grote veranderingen komen niet zelden voort uit kleine initiatieven van gedreven mensen die denken dat het anders kan en die gewoon ergens op een zolderkamer of in een garage beginnen. Dat zou in het geval van stadslandbouw ook kunnen. De garage of de zolder is dan een achtertuin, parkje of braakliggend terrein en wie weet wat er dan gebeurt.

Neem het voorbeeld van het bedrijf dat sinds deze week het meest waardevolle bedrijf in de wereld is, groter dan oliegigant ExxonMobil. Ooit ergens in een garage begonnen, al talloze malen door de deskundigen afgeschreven als te onorthodox, te speels, te duur, te soft, geen partij voor de grote spelers.

Steve Jobs heeft zich niet laten ontmoedigen door de orakelende economen met hun spreadsheets en ik denk dat de mensen die van mening zijn dat er een alternatief moet komen voor het huidige systeem, waarbij een handjevol grote 'spelers' de voedselmarkt bepaalt, zich ook niet moeten laten ontmoedigen.

Natuurlijk gaat elke vergelijking mank, maar dat dit voorbeeld is een landbouwproduct als logo en ergens maakt het toch een beetje minder mank...

Voor iedereen die zich af en toe toch een beetje laat ontmoedigen, is een bezoek aan TEDxDordrecht een regelrechte aanrader, met name vanwege de 'talk' van Richard Stomp, chief wow officer van WowIdeas. Hij daagt iedereen uit zelf ook chief wow officer te worden.

Stem op ons project voor de ASN Bank Wereldprijs!
Wij maken met ons project Jouw Koe mijn Koe kans op de ASN Bank Wereldprijs van € 10.000,-.
Stem hier op ons project voor de ASN Bank Wereldprijs.

Kijk voor andere blogs ook op Blogspot.

donderdag 11 augustus 2011

Een lekker vette belastingmaatregel

Het lijkt zo logisch. Je kampt als regering met een steeds dikker wordende bevolkingen met een begrotingsprobleem. De 'oplossing' vereist weinig denkkracht en haast nog minder creativiteit. En dus lezen we:
Het parlement van Hongarije heeft ingestemd met het invoeren van een 'hamburgertaks' op voedingsmiddelen die als ongezond worden beschouwd. Dat is een van de maatregelen waarmee het land de overheidsfinanciën op orde probeert te krijgen.
De nieuwe belasting wordt geheven op voeding met hoge gehaltes suiker, zout en koolhydraten. Ook gaan consumenten meer betalen voor producten met meer dan 20 milligram cafeïne per 100 milligram. De nieuwe belastingmaatregel gaat per 1 september.
(uit de Volkskrant - bewerkt)
Misschien dat deze maatregel de schatkist van Hongarije een beetje zal helpen, maar ik denk dat de producenten van snacks en convenience food heel snel een stuk creatiever zullen blijken dan de Hongaarse regering. Daarnaast betwijfel ik of het zal leiden tot lagere uitgaven op gebied van volksgezondheid.

Sluipsuiker wordt sluipsuikervervanger
De grote producenten zullen immers direct via de juridische route in actie komen, waarbij ze zich heel voorspelbaar beroepen op zaken als concurrentievervalsing, de Europese mededingingsregels en de Hongaarse concurrentiepositie. Tevens zullen ze lobbybureaus inschakelen om onrust over (lokale) werkgelegenheid te veroorzaken. Op de achtergrond ontwikkelen ze nieuwe recepturen, waarin de in de wetgeving omschreven 'dikmakers' niet meer voorkomen. Suiker wordt simpelweg vervangen door aspartaam, acesulfaam, saccharine, xylitol en isomalt. Sluipsuiker wordt sluipsuikervervanger.

De enige partijen die er echt last van hebben, zijn de kleine ambachtelijke producenten die geen concessies willen of kunnen doen op gebied van smaak, die hun Kürtőskalács willen blijven maken zoals ze dat altijd al hebben gedaan. Mensen die gewoon van lekker houden, maar die met mate eten en genoeg bewegen en die geen last hebben van overgewicht zullen ook door de maatregel worden getroffen. De financiële schade voor deze mensen wel meevallen, maar het is toch een beetje alsof je de niet-rokers een deel van de accijns op sigaretten laat betalen.


Straks worden de Hongaren dus gewoon nog steeds dik, want bij alles wat nu zoet is door de suiker, of waarbij suiker wordt ingezet om het gebrek aan smaak van laagwaardige componenten te maskeren, bevat straks kunstmatige zoetstoffen en smaakversterkers. Worden wij of de Hongaren daar gezonder van? Er is heel wat onderzoek wat op het tegendeel lijkt te duiden. Uit die onderzoeken blijkt ook dat ons lichaam maar slecht kan omgaan met nepsuiker.

Het effect van nepsuiker is dat ons lichaam denkt dat er een suikerboost aankomt. Blijft die boost uit, dan wordt de ontstane behoefte aan suiker niet gestild en zullen we blijven verlangen naar suiker c.q. zoetigheid. Het gevolg laat zich raden.

Stem op ons project voor de ASN Bank Wereldprijs!
Wij maken met ons project Jouw Koe mijn Koe kans op de ASN Bank Wereldprijs van € 10.000,-.
Stem hier op ons project voor de ASN Bank Wereldprijs.

Kijk voor andere blogs ook op Blogspot.

maandag 8 augustus 2011

Proeverij met oude koeien - update 1

Verbeter de wereld, begin bij je bord...het zou een mooie slogan kunnen zijn voor MijnKoeJouwKoe, de VrijeKoe of Livar.

Immers, als je dan tóch vlees eet, dan maar liever van dieren die een mooi leven hebben geleid en die en passant ook nog lekkerder vlees opleveren. Maar het kan altijd nóg beter. Dat wil zeggen een mooi en lang leven en nóg lekkerder. Ik heb daar ooit in een eerdere blog over geschreven.

In die blog ging het over vlees van 18-jaar oude koeien dat zo ongeveer het lekkerste van het lekkerste is volgens een bekende Duitse chef. Het betreft dieren die hun leven in het Spaans/Baskische Galicië slijten en speciaal worden geselecteerd op leeftijd en vetverdeling. Ik liet doorschemeren dat dat me voor Nederland ook wel iets leek, waarop Trendwatcher Marjan Ippel me aanspoorde om dat vlees naar Nederland te halen. Ik gaf daarop aan dat ik eigenlijk zocht naar vlees van oude Nederlandse koeien.

Vandaag bedacht ik me - het is wat traag - dat ik het ene kan doen en het andere niet hoef te laten. Zo rijpte het plan om een proeverij te organiseren op basis van vlees van die heel oude Spaanse koeien.

Het doel van de proeverij is:
  • schaamteloze, maar sneaky pr voor MijnKoeJouwKoe en DeVrijeKoe
  • promotie van het vlees van die Spaanse koeien (waarom ook niet, zolang we nog geen Nederlands  alternatief hebben),
  • aandacht voor het feit dat oude (melk)koeien, anders dan het vooroordeel doet geloven, ontzettend  lekker vlees opleveren en
  • het werven van Nederlandse boeren die hier brood in zien
De laatste twee doelen zijn ook meteen heel nobel en duurzaam. Immers, Nederlandse melkkoeien gaan veel te kort mee. Gemiddeld na 5,3 jaar verdwijnen ze naar het slachthuis terwijl ze als ze 8 zijn pas optimaal produceren en makkelijk tot hun dertiende in productie kunnen blijven. Dit lijkt de wetten der economische logica te tarten, maar veel koeien moeten voortijdig worden afgevoerd omdat ze uitglijden in de stal en dan een poot breken. De oorzaak is dat de marge op melk zo laag is dat boeren ongeveer op alles moeten bezuinigen en dus ook op strooiselmateriaal - tegenwoordig vaker zaagsel dan stro. Dat laatste is door de vraag naar biobrandstof duur geworden. De proeverij kan helpen hier weer wat aandacht op te vestigen.

Samen  met mijn kookschrijvende en kokende volgers moet het toch niet zo moeilijk zijn dit van de grond te tillen. Kortom: Schrijft u allen in!

Update
Inmiddels is bekend dat de eigenaar van het Spaanse bedrijf bereid is om de proeverij persoonlijk te komen opluisteren. Hij zal dan alles over het vlees en de koeien vertellen.

Een datum en een plaats zijn nog niet bekend.

Stem op ons project voor de ASN Bank Wereldprijs!
Wij maken met ons project Jouw Koe mijn Koe kans op de ASN Bank Wereldprijs van € 10.000,-.
Stem hier op ons project voor de ASN Bank Wereldprijs.

Kijk voor andere blogs ook op Blogspot.

zaterdag 6 augustus 2011

Yakult als landsbelang

In het voorstel voor de Regulation 1924/2006 on nutrition and health claims made by food  die in januari 2009 goedgekeurd moest worden om in 2011 van kracht te worden, stond dat zuivel pas zuivel zou mogen zijn als er minimaal 50 procent aan zuivelbestanddelen in zitten.

Je zou verwachten dat Nederland zuivelland op barricades was geklommen en zich in bressen zou hebben geworpen om te eisen dat die grens radicaal opgetrokken zou worden tot minimaal negentig - want je moet soms wat water bij de wijn doen. De wegen van de politiek zijn echter zo logisch als die van niet nader te benoemen opperwezens (m/v/?).

Er is inderdaad een bewindspersoon manmoedig in de bres gesprongen. Dat was niet de minister van Landbouw of Economische Zaken, maar die van volksgezondheid. Het was ook niet om het belang van de boeren te dienen en de grens naar boven op te trekken. Het was allemaal heel anders.

Nee, minister Klink werd naar Brussel gestuurd om zich hard te maken voor de belangen van het bacteriedrankje Yakult. Daar zit namelijk maar 40% zuivel in en het heet desalniettemin toch een zuiveldrankje. Indien het voorstel was aangenomen, dan had Yakult de receptuur moeten aanpassen of had het geen zuiveldrank meer mogen heten. Dat was natuurlijk slecht voor de verkoopcijfers geweest en/of zou tot extra kosten hebben geleid.

Dus heeft kamerlid Atsma (Joop, CDA), minister Verburg (Gerda, Landbouw, Visserij en Voedselveiligheid, CDA) gevraagd in actie te komen. Het woordje 'dus' doet een zekere logica vermoeden, maar mij ontgaat het allemaal een beetje. Het gevolg was in elk geval dat de minister van VOLKSGEZONDHEID op kosten van de belastingbetaler helemaal naar Brussel is afgereisd om te voorkomen dat Yakult haar receptuur zou moeten aanpassen of haar marketingclaim zou verliezen. Zuiveldrank klinkt natuurlijk een stuk verantwoorder, gezonder, lekkerder en vriendelijker dan bacteriedrank.

Behalve dat ik het heel erg logisch vindt dat iets wat minder dan 50% zuivel geen zuivel mag heten, snap ik niet dat een zichzelf respecterend land een minister van Volksgezondheid naar Brussel stuurt om een individueel bedrijfsbelang veilig te stellen.

Naschrift
Ik kon er niet achter komen of Yakult de receptuur in 2011 heeft aangepast of dat de missie van het CDA succesvol is geweest. Yakult zelf kon ook niet direct uitsluitsel geven. Uiteindelijk kwam ik samen met een woordvoerder van het bedrijf tot de conclusie dat de actie van Klink effect heeft gesorteerd.

Bron: onder andere EVMI

vrijdag 5 augustus 2011

Moeilijke woorden?

Ik heb de fout begaan in één tweet twee moeilijke woorden te gebruiken. Ik kreeg meteen de kous op de kop. Wat echter vreemd was, de indruk werd gewekt dat ik agrarische vaktaal bezigde, terwijl ik het had over 'homogeniteit' en 'bulkproductie', begrippen die ikzelf eerder associeer met de industrie.

De directe aanleiding voor het gebruik van deze begrippen vormde een opmerking in een discussie over de Livar varkens. Ergens in die discussie werd gesteld dat Nederland te klein is om alle varkens buiten in de modder te laten wroeten. Iemand wierp toen de vraag op of we als land per se zoveel voor de export moeten produceren.

We hebben in Nederland op dit moment zo'n 12.000.000 varkens en aangezien ze een half jaar mee gaan mag het duidelijk zijn  dat het overgrote deel van deze dieren is bestemd voor de export. Als land zijn we altijd zeer succesvol geweest in deze tak van sport. Het heeft ons geen windeieren gelegd, maar de vraag  mag worden gesteld  of we niet eens moeten gaan nadenken over een andere koers. Het probleem met deze vorm van export is namelijk dat er alleen wordt geconcurreerd op prijs.

Dankzij ver doorgevoerde mechanisatie ging dat heel lang heel goed, maar de vraag is hoe lang nog, want in landen als Polen, Argentinië en China snappen ze ook steeds beter hoe het werkt. Nestlé bijvoorbeeld investeert in China om lokale boeren in staat te stellen kwalitatief hoogwaardige melk te produceren. De drie genoemde landen hebben een duidelijk concurrentievoordeel als het gaat om de kostprijs: land in overvloed en arbeid is spotgoedkoop. Bij ons daarentegen is de rek er wel een beetje uit. Het enige wat we nog kunnen doen zijn nóg grotere stallen en dus nog minder bedrijven, maar dan vrees ik dat het met de landbouw dezelfde weg op gaat als met de ooit florerende scheepsbouw. De enige werven die het hebben overleefd zijn de bouwers van gespecialiseerde schepen als Damen en IHC.

Het probleem van homogene bulkproducten is dat ze geen onderscheidend vermogen hebben. Ze zijn  inwisselbaar en de eindgebruiker merkt niet of het om product A of product B gaat. Voor de handelaar of intermediair is dat prettig, want die kan lekker shoppen voor de laagste prijs en het risico ligt bij de primaire producent.

Als je als bedrijfstak echter al zolang bent ingesteld op het produceren van homogene bulkproducten tegen de laagst mogelijke prijs, dan is het heel erg lastig om de bakens te verzetten. Het vergt het een totaal andere bedrijfsvoering én een andere mindset. De gemiddelde moderne Nederlandse boer kan zich bijna volledige concentreren op de productie-technische aspecten van de bedrijfsvoering omdat hij maar een beperkt aantal grote afnemers heeft. Product-innovatie en zaken als marketing en verkoop zijn de facto meestal uitbesteed. Makkelijk en efficiënt, nodig ook, want hij heeft het al druk genoeg, maar het maakt hem wel kwetsbaar. De afstand tussen de boer en de eindgebruiker is zodoende namelijk heel groot.

Een bijkomend, maar cruciaal, probleem is dat een boer een meer dan gemiddeld grote behoefte heeft aan afzetzekerheid. Immers de periode van zaadje tot karbonaadje, bloem of suiker beslaat al snel een jaar en dan hebben we het nog niet eens over een product als melk. Als je 15 hectare inzaait met bijvoorbeeld tarwe, gerst of bieten, dan wil je wel zeker weten dat je de oogst aan het einde van het seizoen kunt verkopen, vooral als de marge maar minimaal is.

Hop
Wat dat aangaat is het allemaal heel begrijpelijk dat boeren erg moedeloos worden van half geïnformeerde buitenstaanders die ze komen vertellen dat het allemaal anders moet. Buitenstanders ook, die zelf geen enkel risico lopen.

De oplossing lijkt ver weg, maar misschien zit de oplossing verborgen in de laatste bijzin. Ooit werd ik gebeld door een kleine bierbrouwer die niet meer aan hop kon komen. Hij had het vermoeden dat er met hop werd gespeculeerd en dat leidde zowel tot heel hoge prijzen als tot slechte verkrijgbaarheid. Overigens was het eveneens haast ondoenlijk om aan flesje te komen. Ik ben toen andere brouwers gaan bellen en die kampten met hetzelfde probleem. Het probleem met speculatie is dat zowel de primaire producent als de eindegebruiker er last van heeft. Mijn voorstel was toen om als brouwers een collectief te vormen en gezamenlijk een contract af te sluiten met hoptelers waarbij beide partijen zich vastleggen op een aantal tonnen hop en op een prijs.

Het bleek achteraf geen originele gedachte en er was zelf al een naam voor: co-trading. Maar wat brouwers kunnen met hoptelers, kunnen vleeseters en groente- en fruitliefhebbers natuurlijk ook. Dat hoeft zich niet te beperken tot particulieren, de horeca en kan hetzelfde doen. In feite is ook MijnKoeJouwKoe op dit principe gebaseerd. Het komt erop neer dat je samen met de boer overlegt wat je precies wilt hebben en dat je een deel van het ondernemersrisico van hem overneemt. Dat haalt de vrijblijvendheid weg, maar leidt bovendien tot een veel kortere keten zodat de kosten redelijk blijven.

Positief nieuws uit het zuiden

Vaag meen ik me iets te herinneren over een Belg die door een rechter is veroordeeld omdat hij zich schuldig maakte aan dumpster diving. Volgens de supermarkt is kwestie zijn spullen die door hen worden weggegooid nog steeds hun eigendom en 'dus' maakte de man zich schuldig aan diefstal. De rechter ging mee in deze redenering en de man kreeg een geldboete opgelegd.

Te koop voor €0,00
Altijd gedacht dat als je iets weggooit of cadeau geeft, dat je er dan impliciet afstand van doet en er geen aanspraak meer op kunt maken, maar mijn juridisch gen is kennelijk defect. Vraag me ook af of een dumpster diver die ziek wordt van weggeworpen etenswaren de supermarkt aansprakelijk kan stellen, lijkt me logisch, maar dat zal wel weer niet zo zijn...

De Belgische supermarktketen Colruyt echter hanteert een beleid dat haaks staat op het gangbare beleid. Verswaren waarvan de houdbaarheidstermijn de volgende dag wordt overschreden, worden weggegeven. Ik ben van mening dat Colruyt hiervoor een grote pluim verdient. Deze keten doet wat tegen de nodeloze voedselverspilling. Hoewel het op het eerste gezicht commercieel minder handig lijkt, zou het mij niet verbazen als ze er extra - betalende  - klanten door krijgen.

Het zou fijn zijn als Albert Heijn, Jumbo, Spar en al die anderen dit voorbeeld snel gaan volgen.

donderdag 4 augustus 2011

De consument heb het gedaan

Nederlands voedsellandschap
Er wordt vaak gezegd dat de consument het aan zichzelf heeft te danken, dat het Nederlandse voedsellandschap zo armzalig is en tot misstanden leidt op gebied van voedselveiligheid, milieu, biodiversiteit, dierenwelzijn, uitbuiting van arme boeren in verre ontwikkelingslanden en ga zo maar door. Het is een stelling waarop ik niets, maar dan ook helemaal niets kan afdingen.

Tegelijkertijd is het van een onuitsprekelijke onzinnigheid. Het is een stelling die voorbij gaat aan de realiteit. Het is een beetje als het verschil tussen de economie van de schoolboekjes en de economie van alle dag, waarin de wetenschappers achteraf heel goed kunnen voorspellen waarom het gegaan is zoals het is gegaan.

De schoolboekjeseconomie gaat uit van volledige transparantie en volledig vrije concurrentie en de mensensoort homo economicus. In het echte leven zijn dingen echter vaak niet wat ze lijken, kennen we het zegenrijke werk van de lobby's, de kartels en de achterkamertjes en blijken mensen zich te laten leiden door minder rationele overwegingen als angst, liefde en betrokkenheid en last but not least moet de consument multitaskend het leven door.

De mensmens wordt het bovendien niet makkelijk gemaakt. Die koopt soms dingen waar hij echt een goed  gevoel bij heeft. Die koopt een flesje gezonde fruit/groentedrank met een ik-kies-bewustlogo, maar heeft niet in de gaten dat er 18% suiker aan toegevoegd is. Hij koopt vlees en eieren met een ster van de Dierenbescherming zonder te weten dat de betreffende kippen hun ene vierkante meter met 16 soortgenoten moeten delen en dat hun snavels worden afgeknipt. Hij koopt pizza met echte cheddar, maar weet niet dat het maar 3% is en dat de rest van de gele substantie uit een reactorvat komt. Hij laat zich verleiden door 'delicatesse achterham' die in feite bestaat uit plakvlees. En omdat er echte cheddar in zit, de uitstraling ambachtelijk is of het de gezondheid van dierbaren wordt veiliggesteld, heeft de consument er ook best wat extra voor over.

En dat extra geld wat hij betaalt vloeit linea recta naar de boer denkt hij... Naïef als hij is, kan hij zich ook nauwelijks voorstellen dat de wetgever bepaalde discutabele zaken toestaat. Dat je als slachter bijvoorbeeld 300 gram kipfilet mag vullen met water en varkenseiwit zodat je het als 400 gram kan verkopen. Evenmin kan hij zich voorstellen dat verantwoordelijke bewindspersonen een soort Russische roulette laten spelen met antibiotica.

Logisch zou zijn dat een verantwoordelijke overheid zich op gebied van voeding net zo verantwoordelijk gedraagt als op gebied van rookwaren, film en video en - zij het met iets minder fanatisme - drank. Het is toch een beetje raar dat we wél worden gewaarschuwd tegen de gevaren van onwelvoeglijk taalgebruik en dat onze tere zieltjes niet onverhoeds geconfronteerd hoeven te worden met de aanblik van parende mensen, maar dat we niet kunnen weten dat we iets eten waarvan de kosten worden gedrukt door een frivool gebruik van antibiotica, inzet van de snavelknipmachine of de toevoeging van een massa suiker of andere laagwaardige ingrediënten.